De islam: De leugen (“Taqiyya”) als heilige plicht ter misleiding van “ongelovigen”
Geplaatst op 5 april 2017
“Weet dat de leugen op zich niet verkeerd is. Als een leugen de enige manier is om een goed resultaat te behalen, is ze geoorloofd. Daarom moeten we liegen als de waarheid tot een onaangenaam resultaat leidt.” (Abu Hamid Al-Ghazali, 1058 – 1111 na Chr.)
De leugen als heilige plicht ter misleiding van de ongelovigen met betrekking tot de doelstellingen van de islam
“Gooi je gebedsketting weg en schaf een geweer aan. Want gebedskettingen houden je stil, terwijl geweren de vijanden van de islam tot zwijgen brengen! Wij kennen geen absolute waarden, behalve de totale onderwerping aan de Wil van de almachtige Allah. De christenen en de Joden zeggen: Gij zult niet doden! Wij echter zeggen dat het doden, wanneer het noodzakelijk is, het gebed aan betekenis evenaart. Misleiding, arglist, samenzwering, bedrog, stelen en doden zijn niets anders dan middelen ten behoeve van de Zaak van Allah!” (Ayatollah Khamenei in een toespraak in het jaar 2004 tot zijn Broeders in het Geloof)
“Weet dat de leugen op zich niet verkeerd is. Als een leugen de enige manier is om een goed resultaat te behalen, is ze geoorloofd. Daarom moeten we liegen als de waarheid tot een onaangenaam resultaat leidt”
(Abu Hamid Muhammad ibn Muhammad Al-Ghazali, Perzische islam-geleerde, geboren 1058 bij Maschad; overleden 19 december 1111. Ghazali wordt tot op heden tot de belangrijkste religieuze geleerden binnen de islam gerekend).
“Laat ons glimlachen in het aangezicht van sommige niet-moslims, terwijl onze harten hen vervloeken.”
(Ibn Kathir (Imad ad-Din) = “Steunpilaar van de religie” was een islamitische geleerde in Damascus. Geboren: 1301, Bosra, Syrië, overleden: 1373, Damascus, Syrië).
“Liegen is zelfs voorgeschreven als het bereiken van het doel voorgeschreven is.”
(“Reliance of the Traveler, amana publications, Beltsville, Maryland USA,1994, blz. 745 f).
Niet alleen schrijft de islam het doden van niet-moslims voor, “ongelovigen” mogen tevens worden voorgelogen
“U zult geen valse getuigenis afleggen”, zo staat het geschreven in de Tien Geboden van de christenen. Boeddhisten doceren in hun
“Edele, achtvoudige pad” de praktijk van
de juiste denkwijze, de juiste bedoeling, van het juiste denken en de juiste beslissing” – waarmee wordt bedoeld dat men alleen met oprechtheid, eerlijkheid, sociaal denken en sociaal handelen het Nirwana kan betreden.
Daar tegenover staat de
Taqiyya van de islam. Er mag worden gelogen als het de eigen geloofsovertuiging dient.
Al Ghazzali (1059-1111), één van de belangrijkste theologen van de islam, vat het gebod tot Taqiyya als volgt samen:
“Weet dat de leugen op zich niet verkeerd is. Als een leugen de enige manier is om een goed resultaat te behalen, is ze geoorloofd. Daarom moeten we liegen als de waarheid tot een onaangenaam resultaat leidt”
In
soera 3:54 staat geschreven, dat Allah
de beste smeder van listen is, oftewel smeder van slinkse streken, misleidingen. Als Allah het wil, kan en zal hij ieder mens misleiden. “Listig zijn” betekent goed kunnen misleiden en kunnen doen alsof, iemand valse feiten voorspiegelen, dwaling bewerkstelligen. Zo definieert § 263 van het Duitse Wetboek van Strafrecht bedrog. Als het dus opportuun is, kan en zal Allah op listige, geveinsde, onoprechte manier spreken en handelen, om mensen tot hun nadeel, tot hun verderf op een dwaalspoor te brengen.
De doctrine van de Taqiyya
Wat zegt de islamitische doctrine over oorlog, vrede, het afsluiten van overeenkomsten en diplomatie? Of, enigszins anders geformuleerd: Hoe dienen moslims zich tegenover ongelovigen te gedragen als het gaat om het doorzetten van hun belangen in het “Huis van de Oorlog” (
Dar al-Harb)?
Het islamitische dogma heeft daarvoor een speciale techniek ontwikkeld, gebaseerd op de
Koran en de
Soenna:
Taqiyya (misleiding/versluiering/ verblinding).
Taqiyya wordt vaak verschonend “
religieuze verhulling” genoemd, hoewel ze in feite en naar waarheid eenvoudig “
islamitische misleiding der ongelovigen” betekent. Volgens de vriendelijke Arabische tekst
Al-Taqiyya fi Al-Islam is
“Taqiyya in de islam van fundamenteel belang. Bijna iedere islamitische sekte is het met deze tactiek eens en brengt haar in praktijk. Wij kunnen zelfs zo ver gaan te zeggen dat het gebruik van Taqiyya binnen de islam een algemene trend is en dat de paar splintergroeperingen die ervan afzien van het gemiddelde afwijken…. Taqiyya is in de huidige tijd wijd verbreid, in het bijzonder in de islamitische politiek.” (blz. 7 Engelse vertaling R. Ibrahim).
Steeds weer wordt er in de vakliteratuur op gewezen dat
Taqiyya uitsluitend een sjiitische doctrine is. Omdat de sjiieten onder hun traditionele vijanden, de veel talrijkere soennieten, een minderheid vormden, zouden zij historisch meer reden “tot verhullen” gehad hebben.
Ironisch genoeg bevinden de tegenwoordige in
het Westen wonende Soennieten zich thans in een vergelijkbare situatie. Ze zijn een minderheid, omgeven door hun historische vijanden – de christelijke ongelovigen.
http://derprophet.info/inhalt/taqiyya-htm/
De dogmatische handleiding “Reliance of the traveller” beweert in hoofdstuk r8.0 “leugens”:
Geoorloofde leugen
Men praat om iets te bereiken. Als een lofwaardig doel kan worden bereikt, doordat men ofwel de waarheid zegt ofwel liegt, dan is het niet toegestaan te liegen, omdat daartoe geen aanleiding bestaat. Als men een dergelijk doel slechts bereiken kan door te liegen en de waarheid niet uit te spreken, dan is het dán geoorloofd als het doel geoorloofd is: Wanneer dus de leugen ertoe dient iemand te misleiden die iemand af wil houden van het geoorloofde doel.
Liegen is zelfs voorschrift, wanneer het bereiken van het doel voorschrift is...
Woorden te gebruiken, die een verkeerde indruk wekken is als religieuze beschermingsmaatregel altijd geboden...
(Reliance of the traveller, amana publications, Beltsville, Maryland USA, 1994, blz.745 f)
Waarom overeenkomsten met moslims – ook vredesverdragen – principieel van nul en gener waarde zijn
Overeenkomsten sluiten moslims alleen dán wanneer ze zich in een zwakkere positie bevinden en niet de kans hebben om hun wil op te leggen. Zodra echter de islam zich in een sterkere positie bevindt, kan hij iedere overeenkomst verbreken – zonder te zondigen tegenover Allah en Mohammed. Want de praktijk van het breken van de overeenkomst gaat direct terug tot Mohammed (zie hieronder).
Als Allah nu de “listige” is, die vooral de vijanden van de islam steeds weer te slim af is
(Soera 3, vers 54: “En zij smeedden listen, en Allah smeedde listen; en Allah is de beste smeder van listen”), dan zullen en moeten zijn aanhangers hem wel overeenkomstig navolgen.
Als voorbeeld in de strijd tegen de ongelovigen wordt het optreden van Mohammed in zijn strijd tegen de inwoners van Mekka in het jaar 628 aanbevolen: Zolang de islamitische geloofsstrijders militair in een te zwakke positie verkeren om de jihad openlijk te kunnen voeren, mogen ze “geveinsdheid”- “Taqiyya” beoefenen.
Mohammed sloot een wapenstilstand voor de periode van 10 jaar (Verdrag van Hudaybiyya), maar marcheerde al na 2 jaar Mekka binnen.
Na dit voorbeeld bestaat er geen waarachtige, onderling bevestigde, duurzame vredesovereenkomst tussen moslims en “ongelovigen.”
Er is in plaats daarvan slechts noodgedwongen sprake van een latente wapenstilstand (“
Hudna”) tot de moslims weer sterk genoeg zijn voor een nieuwe strijd.
Zoals in de voortdurende strijd voor de islam mag de moslim ook in levensbedreigende situaties veinzerij, “Taqiyya”, beoefenen. Daarbij mag hij zijn geloof verloochenen, het afzweren en zelfs deelnemen aan de riten van andere religies. De “kunst van de Taqiyya” wordt gezien als een soort “overlevingskunst” of “levenskunst.” Bij de sjiieten is het tot een plicht gemaakt bij gevaar voor lijf en goed te liegen.
www.biblisch-lutherisch.de
Taqiyya in de geschiedenis van de sjiieten
De oudste literaire bron voor het begrip
Taqiyya is te vinden in de verzen van de
dichter Kumait (overleden 743/44), die een aanhanger was van de
Aliden en de
Ummayaden bestreed. In een lofzang op de Aliden beklaagt hij zich er over dat hij hun richting slechts
heimelijk kon volgen en een andere zienswijze moest veinzen. Voor dit verheimelijkende gedrag maakt hij in het gelijknamige gedicht gebruik van de uitdrukking
Taqiyya.
Betekenis van gewicht verkreeg het principe vervolgens in de leer van de sjiitische
Imam Dja ‘far as-Sadiq. Hij beval de Taqiyya aan als middel om aan de politieke vervolging door de Abbasiden te ontkomen. Hem werd hoe dan ook tevens verweten Taqiyya tegenover de eigen aanhangers te bedrijven. Dit riep in het bijzonder bij de zaïdistische sjiieten kritiek op.
In de latere Imamitische sjia verkreeg de Taqiyya een dogmatisch rang- en plichtkarakter.
De elfde Imam Hasan al-Askari wordt geciteerd met de uitspraak: “Een gelovige die geen Taqiyya beoefent, is als een gelovige zonder hoofd.”
Aanhangsel:
Islamitische Taqiyya-argumentatie tegenover “ongelovigen” (Kuffar)
Je hebt de koran helemaal niet gelezen.
Je hebt de koran niet goed gelezen.
Je had de verkeerde vertaling.
De koran kan men helemaal niet vertalen, omdat het het Woord van Allah is.
Je hebt de koran gelezen, maar verkeerd geïnterpreteerd.
Je hebt het misschien ten dele begrepen, maar niet alles.
De koran kan men zijn hele leven bestuderen, maar nooit zal men hem helemaal begrijpen.
Je moet alles in de context zien.
Je hebt geen rekening gehouden met de context.
Je bent een intolerante racist.
Dat zijn geen moslims.
Alle andere religies zijn vervalst. Alleen de koran bevat de waarheid.
Je bent een ongelovige.
De sjiieten zijn geen echte moslims.
De soennieten zijn geen echte moslims.
De Alevieten zijn geen echte moslims.
De Salafisten zijn geen echte moslims.
De Wahabieten zijn geen echte moslims.
Wij zijn de echte moslims.
Dat heeft niets met de islam te maken.
Bron:
https://michael-mannheimer.net
Door: Michael Mannheimer
Vertaald uit het Duits door: Theresa Geissler
https://ejbron.wordpress.com/2017/04/05 ... gelovigen/