Edelpieten
Door ROB HOOGLAND
Een teergeliefde literatuurbobo schonk mij onlangs Nescio’s ’Het geluk van in Amsterdam te leven’. Het is een dun boekje, bestaande uit aantekeningen voor het ’Natuurdagboek’.
Gisteren drong het zich, vanuit de boekenkast, meedogenloos aan mij op nadat ik een nieuwsfeit tot mij had genomen.
„Pak me, pak me!” schreeuwde het boekje.
Ik voldeed gretig aan de opdracht en las alvast de achterflap. Deze zin viel mij het meest op: „Steeds getuigt Nescio van zijn tevredenheid te leven in zijn dierbare Amsterdam.”
De grote schrijver ging reeds 56 jaar geleden hemelen en kan het mij derhalve niet meer euvel duiden dat ik een bulderlach liet ontsnappen, zo luid dat de gebouwen aan de Sarphatistraat even verderop op hun grondvesten schudden.
Een dag eerder, immers, had ik mij laten informeren over de 350 Spaanse Edelmanpieten waarmee Amsterdam, in een ultieme poging om van het gemekker over Zwarte Piet af te wezen, het lokale Sinterklaasfeest wil opluisteren. Het was voor mij de definitieve bevestiging dat de beleidsmakers van 020 niet sporen. Dan is een schaterlach bij mij nooit ver weg.
Laat ik eerst, nogmaals, benadrukken dat voornoemd gemekker vrijwel uitsluitend grootstedelijke kenmerken heeft en dat er buiten de Randstad slechts wordt meegeblaat door GroenLinks-achtigen en enkele andere geestelijk nooddruftigen. Het AD hield een enquête onder 273 gemeenten. In 239 van die plaatsen, zo bleek daaruit, blijft piet dit jaar bij de intocht zwart of bruin.
De honden blaffen, maar de karavaan trekt verder, net als trouwens bij die inmiddels wel heel gênante, want de rechtsstaat steeds meer verwaarlozende #metoo-affaire. Bij die conclusie zou ik het kunnen laten, maar de oplossing die Amsterdam koos getuigt van zoveel gebrek aan historisch besef, dat ik het jeuken van mijn vingers niet kan weerstaan.
Twee jaar deden ze erover. Twee jaar! Zullen we dit? Zullen we dat? En toen, na twee hele jaren van wikken en wegen, waren ze eruit: Pietermeknecht zou voortaan worden gekleed als een Spaanse edelman uit de zestiende eeuw. Als een vertegenwoordiger dus van het schorem dat tijdens de Tachtigjarige Oorlog Naarden, Zutphen, Haarlem en Oudewater uitmoordde.
Iemand nog een idee hoe de uitdrukking Spaanse Furie ontstond? Juist. Allemaal Spaanse edelmannen die dat uitgerekend in de zestiende eeuw flikten en het waren ook allemaal Spaanse edelmannen die elders op de wereld de indianen over de kling joegen, een flink aantal Zuid-Amerikaanse volkeren en vele duizenden slaven.
Sjonge, wat waren die gasten fout.
Maar ja, niet zwart, hè.
Wacht eens even… bleef Amsterdam tijdens de Tachtigjarige Oorlog niet trouw aan de Spaanse koning?
Verdomd, dat is het!
„Steeds getuigt Nescio van zijn tevredenheid te leven in zijn dierbare Amsterdam.”
Ik denk dat ik die gek voorlopig effe niet lees.