Over de tolerantie voor de intolerantie schreef de filosoof Karl Popper wijze woorden. Hij zei dat wie de tolerantie uitbreidt tot degenen die ook intolerant zijn, het gevaar bestaat dat dan de tolerantie vernietigd zal worden. Dat betekent niet perse dat we de uitingen van intolerantie moeten verbieden. Zolang we deze uitingen kunnen pareren met rationele argumenten, en het mogelijk is ze deel uit te laten maken van het publieke debat, is er niets mis mee. Alleen als het duidelijk is dat deze intoleranten niet bereid zijn om ons tegemoet te treden op basis van rationele argumenten, dan moeten we bereid zijn hen te vernietigen, aangezien anders onze maatschappij vernietigd zal worden. We moeten daarom het recht claimen om de intoleranten te onderdrukken, desnoods met geweld.
Of, zoals hij dat zelf zei:
“Unlimited tolerance must lead to the disappearance of tolerance. If we extend unlimited tolerance even to those who are intolerant, if we are not prepared to defend a tolerant society against the onslaught of the intolerant, then the tolerant will be destroyed, and tolerance with them. — In this formulation, I do not imply, for instance, that we should always suppress the utterance of intolerant philosophies; as long as we can counter them by rational argument and keep them in check by public opinion, suppression would certainly be unwise. But we should claim the right to suppress them if necessary even by force; for it may easily turn out that they are not prepared to meet us on the level of rational argument, but begin by denouncing all argument; they may forbid their followers to listen to rational argument, because it is deceptive, and teach them to answer arguments by the use of their fists or pistols. We should therefore claim, in the name of tolerance, the right not to tolerate the intolerant. We should claim that any movement preaching intolerance places itself outside the law, and we should consider incitement to intolerance and persecution as criminal, in the same way as we should consider incitement to murder, or to kidnapping, or to the revival of the slave trade, as criminal.”
Dat is interessant bijvoorbeeld in het licht van de vrijheid van meningsuiting. Popper zegt dus: De koran moet je niet verbieden omdat die intolerantie verspreidt, maar wel moet je de cultuur verbieden die een rationele discussie over diezelfde koran overbodig maakt. Hij zegt daarin dus met zoveel woorden, dat bijvoorbeeld een moslimland, waarin het verboden is om op een rationele wijze over de herkomst en de boodschap van de koran te spreken, buiten onze maatschappelijke orde geplaatst moet worden, en dat de volgers van de islam, die beledigd en met geweld reageren op iedere uiting van de vrijheid van meningsuiting over die islam, ook met geweld bestreden moeten kunnen worden.
Dat is dus de strijdbare invulling die Popper geeft aan zijn vaak aangehaalde frase ‘de open samenleving.’ Een invulling die er doorgaans niet aan toegevoegd wordt in de politieke betekenis die er aan mee wordt gegeven.
Maar wat te denken over een maatschappij die het een partij in de Kamer verbiedt om met een kieslijst met alleen mannen uit te komen? Is dat nu een maatschappij die in het geweer komt tegen de intolerantie, zoals de feministen beweren, die met het anti-discriminatie artikel in de hand de SGP -want daar gaat het om- willen dwingen om die vrouwen op hun lijst te zetten? Dat is de versie van de feministen.
Maar daar staat een andere versie tegenover. Want wie met de Grondwet in de hand het de SGP wil ontzeggen om op hun eigen manier invulling te geven aan hun democratische plicht, is zelf de intolerante onderdrukker geworden, en zou, volgens Popper, dus met geweld bestreden moeten kunnen worden. Het is namelijk niets minder dan de dictatuur van één opvatting over mannen en vrouwen. Tenzij ze natuurlijk, in de geest van Popper, alsnog voor reden vatbaar zouden zijn. En daar moeten we dan maar heel lang op blijven hopen.
Zelf ben ik die laatste mening toegedaan. Ook al is die mening van de SGP over vrouwen in de Kamer nu precies de belangrijkste reden dat ik niet op ze zal stemmen.
Maar zou, als de SGP in de meerderheid was, en niet het feminisme in Nederland, de SGP niet net zo handelen? Daarover ben ik dan weer niet overtuigd, want intolerantie lijkt me nu bij uitstek een kenmerk van het theocratische maatschappijmodel dat de SGP voorstaat. Er komt dus mogelijk ooit een moment dat ook de aanhangers van de SGP met geweld de uitoefening van hun leer moet worden ontzegd.
Geen tolerantie voor de intoleranten dus. De grens ligt bij de vrijheid van meningsuiting. Daarover hoort ultieme tolerantie te bestaan. Voor de koran. Voor "Mein Kampf". Maar wel met die gedachte dat de aanhangers ervan zich niet dusdanig organiseren, bijvoorbeeld met gewelddadige middelen, dat er met de leden geen rationele discussie meer mogelijk is.
Nu is dat met gelovigen sowieso een probleem. Voor gelovigen is het een en ander nu eenmaal niet onderhandelbaar. Dat is ‘heilig.’ Kijk, daar had Popper misschien dan toch te weinig rekening mee gehouden, want ik kan me niet voorstellen dat hij de vrijheid van godsdienst wil verbieden. Wat hij waarschijnlijk wil is de godsdienst beschouwen als wat het binnen een seculiere maatschappij moet zijn: Een mening. Dat is niet weinig. Een mening, dat is namelijk bijkans heilig.
Joost Niemöller
http://www.tolereergeenintolerantie.nl/ ... olerantie/