Zijn Moslims dommer?
Omdat migranten meer kinderen krijgen, zou de gemiddelde intelligentie in Duitsland dalen, beweert de voormalige senator van financiën in Berlijn, Thilo Sarrazin. Meent hij dat echt? Een twistgesprek.
Thilo Sarrazin komt alleen, geen assistent, geen chauffeur, alleen een zwarte rugtas. Daarin zit zijn enige wapen, zijn boek.
”Deutschland schafft sich ab. Wie wir unser Land aufs Spiel setzen” (”Duitsland schaft zichzelf af. Hoe wij ons land op het spel zetten”), heet het en telt 464 pagina’s. Steeds opnieuw grijpt hij in het interview naar het rode boek, alsof het zijn reddingsboei zou zijn.
In werkelijkheid is het een uitvoerige motivering en toespitsing van theses, die hij al eens eerder naar voren heeft gebracht en waarmee hij voor een schandaal zorgde. Vooral zijn formulering van de vele ”hoofddoekmeisjes”, die hier in het land geboren zouden worden, leverde hem veel tegenwind op – en een publiciteit, die hij in zijn eigenlijke beroep als bestuurslid van de Bundesbank anders niet krijgt.
Van het boek van Thilo Sarazzin hebben andere kranten al gedeeltes gepubliceerd. Hier krijgt hij tegengas, twee uur lang, hij kan heel wat verduren. Daarna vertrekt hij weer met zijn rugtas en zijn missie tegen verdere immigratie. Weldra komen de talkshows, zegt hij, hij zou met ons al een keer geoefend hebben.
Die Zeit: Meneer Sarrazin, u was een goede senator (wethouder) van financiën in Berlijn en hebt veel belangrijke zaken aangesproken in de integratiekwestie. Maar, om maar meteen met de deur in huis te vallen: uw nieuwe boek heeft ons ernstig aan het twijfelen gebracht, omdat het als racistisch kan worden opgevat.
Sarrazin: Op uw verwijt van racisme wil ik helemaal niet ingaan. Want daarmee bevestigt men immers de helft van wat men afwijst. Ik ben geen racist.
Die Zeit: Dat hebben wij ook niet beweerd. Wij zijn alleen bang, dat het zo wordt opgevat.
Sarrazin: Het boek doelt nergens op etnische, maar op culturele begrenzingen. Dat is ook duidelijk tot uiting gebracht.
Die Zeit: Dan lezen wij uw boek Deutschland schafft sich ab toch anders. De kernthese luidt, dat de Duitse samenleving krimpt en dommer wordt, omdat onderontwikkelde Duitsers en onderontwikkelde islamitische migranten meer kinderen krijgen – zo zou Duitsland zichzelf afschaffen.
Sarrazin: Ik stel een samenwerken van verschillende elementen vast. Ten eerste: de natuurlijke bevolkingsdynamiek van ons volk neemt af. Ten tweede: het geboortecijfer heeft te maken met de maatschappelijke klasse – de onderlaag krijgt meer kinderen. Deze scheve verhouding leidt ertoe, dat het intellectuele potentieel van de samenleving sterk krimpt, ook zonder immigratie. Ten derde: gemeten aan de door demografie en geboortestructuur veroorzaakte tekorten, is de immigratie niet passend. Vooral de immigratie uit islamitische landen vormt voor het Europese culturele model een bedreiging.
Die Zeit: U voert het dommer worden van de samenleving erop terug, dat intelligentie erfelijk zou zijn.
Sarrazin: Dat doe ik dus niet, U haalt iets door elkaar.
Die Zeit: U zegt dat intelligentie erfelijk is.
Sarrazin: Dat klopt.
Die Zeit: En u zegt, dat – omdat de besten en slimsten minder kinderen krijgen – de intelligente steeds minder wordt overgeërfd. En de besten en slimsten bevinden zich in uw boek niet in de onderlaag en niet onder moslims.
Sarrazin: Het is wetenschappelijk bewezen, dat intelligentie voor 50 tot 80% erfelijk is. Daarmee is datgene, wat ik zeg, een gevolg van een eenvoudige logische analyse: wanneer de gemiddeld minder intelligenten een hogere vruchtbaarheid bezitten, daalt de gemiddelde intelligentie van de populatie.
Die Zeit: Hoe weet u dan, dat diegenen die ”beneden” zijn gemiddeld minder intelligent zijn? Dat zou immers betekenen, dat onze samenleving perfect selecteert en diegenen, die intelligent zijn, steeds naar boven transporteert.
Sarrazin: Er bestaan relatief veel mensen met een matige intelligentie, die het lukte op hoge posities terecht te komen. Dat mocht ik steeds opnieuw van dichtbij meemaken. Vast en zeker bestaan er net zo veel slimme mensen, die om redenen van persoonlijke levenspech hun bestaan als hulparbeider of taxichauffeur met moeite proberen te behouden. Het gaat echter niet om individuele gevallen, maar om het statistische verband.
Die Zeit: Die ”beneden” zijn dommer dan die ”boven”? De arbeider is dommer dan de directeur?
Sarrazin: Dat is een polemische vraag. U moet wel op het niveau van mijn boek discussiëren.
Die Zeit: Maakt u zich maar geen zorgen om ons niveau.
Sarrazin: Zo’n polemische vraag zal ik niet beantwoorden.
Die Zeit: Is de onderklasse dommer dan de midden- en bovenklasse?
Sarrazin: Intelligentie is voor 50 tot 80% erfelijk. Tussen intelligentie, sociaaleconomische achtergrond en ontwikkelingsniveau bestaat een positief statistisch verband, dat ook causaal valt te verklaren.
Die Zeit: Ontwikkeling leidt tot het rijper worden van intelligentie, daarover zijn we het volledig eens!
Sarrazin: Men moet onderscheid maken tussen erfelijke en de verworven intelligentie. Dat betekent, dat wanneer de intelligentie voor 50 tot 80% erfelijk is, de rest van 20 tot 50% afhankelijk is van milieufactoren.
Die Zeit: U zegt, dat intelligentie erfelijk is, maar u verzwijgt, dat het ook van prikkels uit het milieu afhangt en dat er een wisselwerking bestaat tussen begaafdheid en omgeving. Het is dus niet alleen overerving.
Sarrazin: Dat heb ik zojuist gezegd. Niet voor niets is er in min boek een lang hoofdstuk te vinden over ontwikkeling. Dat hebt u hopelijk net zo grondig gelezen.
Die Zeit: Uiteraard, maar ontwikkeling zou gewoon een invloed van buitenaf zijn.
Sarrazin: Kijkt u eens! Uiteraard vind ik ontwikkeling belangrijk, zowel in de interesse van de staat als van zijn mensen.
Die Zeit: De consequentie zou dan toch zijn ”meer ontwikkeling”, niet ”minder moslims”!
Sarrazin: U bent onlogisch.
Die Zeit: Hoe weet u welke maatschappelijke klasse intelligenter is en welke minder intelligent?
Sarrazin: Wanneer u bij 500 mensen op straat een intelligentietest afneemt en hen indeelt naar ontwikkelingsniveau en sociaaleconomische status, dan zult u dit verband bevestigd zien worden. Dit statistische verband is veelvuldig onderzocht en volledig onbetwist. Al het andere zou immers ook de logica beledigen.
Die Zeit: Een voorbeeld: mijn vader is tuinman, ik ben academicus. Ik denk echter, dat het verschil tussen mijn vader en mij er niet inzit dat ik intelligenter ben dan hij, maar dat ik door de onderwijshervorming van de jaren-70 meer mogelijkheden had.
Sarrazin: Ik geloof u ook wel. Maar het is net zoiets als wanneer ik zeg: in januari is het kouder dan in augustus, waarop u zegt: nee, ik ken een dag in januari 1983 dat het bij op het terras 15 graden was en het afgelopen jaar was het heel koel in augustus.
Die Zeit: De jaren-70 hebben toch voor miljoenen zonen en dochters voor een hoger onderwijsniveau gezorgd dan hun vaders en moeders. Die hadden toch vaak net zo’n ontwikkelingsachterstand als nu veel Anatolische boeren in Turkije.
Sarrazin: U mengt steeds weer verschillende dingen door elkaar.
Die Zeit: Dat doet u in uw boek. Wanneer u tegenover een mens komt te staan, weet u niet of hij gewoon dom is of dat hij gewoon te weinig onderwijs heeft genoten.
Sarrazin: Er zijn grenzen aan het intellect of aan de persoonlijkheid, die gewoon niet zijn te overwinnen. We zijn het toch met elkaar eens, dat intelligentie gedeeltelijk erfelijk is.
Die Zeit: Je kunt niet aan iemand zien hoe hij genetisch is gebouwd. Daarom is de hele thematiek van de genetische aanleg van de mens wetenschappelijk juist, maar sociologisch en politiek waardeloos. Wanneer u zou zeggen, dat we veel meer aan onderwijs zouden moeten doen, deze keer voor de onderklasse en de immigranten, omdat Duitsland anders dommer zou worden, dan zouden we helemaal geen discussie met elkaar hebben. U zegt echter, dat Duitsland dommer zou worden en daarom moeten we iets aan de migratie doen. Dat is de afgrond, die tussen u en mij in ligt.
Sarrazin: Mag ik ook eens een tamelijk polemische vraag stellen: beheerst u de regel van drieën?
Die Zeit: Wilt u nu onze intelligentie testen?
Sarrazin: Onder de regel van drieën verstaat men, dat men uit twee feiten, waar men verder geen navraag naar doet, een logische conclusie trekt: de intelligentie is voor 50 tot 80% erfelijk. De minder intelligenten vermenigvuldigen zich sneller dan gemiddeld. Dat heeft als consequentie, dat het totale intelligentieniveau daalt.
Die Zeit: Iedereen is van mening, dat onderontwikkelde mensen meer onderwijs en opvoeding moeten krijgen. Waarom is het zo belangrijk voor u dat intelligentie erfelijk is?
Sarrazin: Ook de bijdrage van het beste onderwijs wordt door de aangeboren begaafdheid en de invloed van een herkomst vanuit een ontwikkelingsachterstand beperkt. Ik zou hiertoe ook Darwin kunnen citeren.
Die Zeit: Darwin heeft zich nooit geuit over de ontwikkeling van de mens, maar over de mens. Dat u dat in de menselijke historie legt, is uw persoonlijke beoordeling.
Sarrazin: Darwin heeft zich in zijn boek De afstamming van de mensen uitvoerig over de menselijke ontwikkeling geuit en er zijn bezorgdheid over uitgesproken, dat de moderne levenswereld ertoe kan leiden dat de mens geestelijk verkommerd.
Die Zeit: Dat is geen wetenschap. Dat is pure burgerallure over onderwijs.
Sarrazin: In mijn boek citeer ik de gerenommeerde onderwijsonderzoekster Elsbeth Stern. Zij zegt, ”dat de optimale stimulering van iedere leerling niet tot meer gelijkheid, maar tot meer ongelijkheid leidt. Want des te groter de kansengelijkheid, des te meer slaan de genen door. Een goede school, en hiermee zal niet iedereen blij zijn, produceert prestatieverschillen op hoog niveau”.
Die Zeit: U dicht een sociale en een etnische groep bepaalde onveranderlijke eigenschappen toe.
Sarrazin: Ik was nog helemaal niet bij de moslims.
Die Zeit: U verlangt in uw boek niet ”kansengelijkheid voor iedereen”, maar u schrijft, dat voor een groot deel van de kinderen uit de onderklasse en uit islamitische families de kansen met hun geboorte bezegeld zijn. U ontkent in het algemeen dat ze de wil hebben om hogerop te komen.
Sarrazin: Dat is fout. Ik verlang een onderwijssysteem dat kansengelijkheid mogelijk maakt. Hoewel het schreeuwt om een verklaring, dat migranten van Turkse afkomst in de derde generatie ver achterblijven bij andere migrantengroepen wat betreft onderwijssucces. De verklaring daarvoor kan alleen uit de groep zelf komen. Want uiterlijke benadelingen in onze samenleving, die hen zouden dwingen minder succes te hebben dan Indiërs, Chinezen of Zuid-Italianen, zijn er niet.
Die Zeit: Dus schrijft u het toe aan de etnische groep: ”De Turken staan terecht onderaan de maatschappelijke ladder.”
Sarrazin: U blijft achter bij uw intelligentie.
Die Zeit: Dank u. Laten we nog eens uit uw boek citeren: ”Des te meer doorlatend een onderwijssysteem is, des te eerder en des te nadrukkelijker raakt het potentieel van uiterst begaafden en hoogbegaafden uitgeput.” Dan komt u met de DDR als voorbeeld en zegt u, dat daar het aantal studenten dat uit de arbeidersklasse kwam, snel zou zijn uitgeput. Wat betekent dat?
Sarrazin: In iedere maatschappij bestaan vormen van promotie en keuze van elites.
Die Zeit: U schrijft, dat deze promotie niet bestaat in de laagste klasse en bij islamitische immigranten.
Sarrazin: Dat heb ik niet gezegd. Ik heb een logische waarheid uitgesproken: des te meer doorlatend een systeem is, des te meer volgt de indeling in het systeem van de aangeboren intelligentie, precies zoals de onderwijsonderzoekster Elsbeth Stern dit heeft beschreven.
Die Zeit: Bent u van mening, dat de in Duitsland levende moslims gemiddeld genotypisch minder intelligent zijn dan de in Duitsland levende autochtone Duitsers?
Sarrazin: Dat heb ik niet gezegd. Ik heb gezegd en ik citeer letterlijk uit mijn boek: ”De relatieve mislukking van islamitische migranten kan vermoedelijk nauwelijks worden teruggevoerd op aangeboren capaciteiten en begaafdheden, want het betreft moslims van verschillende afkomst in dezelfde mate.”
Die Zeit: De vraag was of u dat van mening bent.
Sarrazin: Ik heb de intelligentie van islamitische migranten niet gecontroleerd en daarover doe ik ook geen uitspraak.
Die Zeit: U maakt van intelligentie een etnische zaak. De consequentie, dat islamitische migranten minder ontwikkeld zijn dan anderen, zou zijn: we moeten ze dichter bij de ontwikkeling brengen. Dat doe je door te eisen en te stimuleren. Als dat lukt, is uw probleem toch opgelost: Duitsland wordt niet dommer en de moslims kunnen hier blijven.
Sarazzin: Ik heb geschreven, dat wie hier is en een legale verblijfsstatus heeft, welkom is. Maar wij verwachten, dat immigranten de taal leren, in hun levensonderhoud voorzien door te werken en ervoor zorgen dat hun kinderen naar school gaan – dat zij op den duur Duitsers worden.
Die Zeit: U wilt echter de familiehereniging beperken. Waarom?
Sarrazin: Laten we eens naar het totale resultaat kijken: uit 750.000 Turkse gastarbeiders werden 3 miljoen bij ons levende Turken geboren. Als we kijken naar het aantal van hen dat ondersteuning krijgt van de staat, leverde de immigratie van islamitische bevolkingsgroepen geen economisch voordeel op.
Die Zeit: Toch hoefden wij het smerige werk niet meer te doen.
Sarrazin: Alles bij elkaar opgeteld is het een economisch nadeel.
Die Zeit: Ondertussen wil 30 tot 40% van alle Duits-Turkse academici het land verlaten.
Sarrazin: Daarover ken ik geen statistiek. Het is echter zonder twijfel juist, dat alleen die Turken Duitsland verlaten die een kans zien in hun vaderland. Hun onderontwikkelde en van sociale uitkeringen afhankelijke landgenoten gaat het in Duitsland immers veel beter dan in Turkije. Voor Turkse scholieren geld hetzelfde als voor alle scholieren: een slecht ontwikkelingssucces is het resultaat van slechte schoolprestaties.
Die Zeit: Waar ligt het eigenlijk aan, dat de Turkse scholieren niet goed meekomen?
Sarrazin: Dat is blijkbaar een cultureel probleem.
Die Zeit: Dan is het immers te veranderen.
Sarrazin: Het culturele probleem ligt in de groep van Turkse immigranten verankerd en kan tegen hun wil nauwelijks worden veranderd. Zwemles en hoofddoeken, in het algemeen de rol van de vrouwen en meisjes, zijn hiervan de symbolen. Ook de omstandigheid, dat Turken en Arabieren nauwelijks hun best doen om Duits te leren, is een uitdrukking van gebrek aan interesse in de meerderheidscultuur en een gebrekkige bereidheid om onderwijs te volgen.
Die Zeit: De taalcursussen, die sinds enkele jaren verplichtend zijn voor de ontvangers van sociale uitkeringen, zitten in sommige Duitse steden zo vol, dat er wachtlijsten voor bestaan. De helft van de cursisten, onder wie veel islamitische migranten, bezoeken deze cursussen vrijwillig. Zou u willen zeggen, dat dit een gebrekkige bereidheid is om de taal te leren?
Sarrazin: In vergelijking met andere migrantengroepen een duidelijk ja. Er bestaan enkelingen, die hun best doen. Gemiddeld genomen is er sprake van een gebrekkige bereidheid om een taal te leren. Dat bevestigt ook de in juli 2010 gepubliceerde studie van de conferentie van ministers van culturele zaken, Sprachliche Kompetenzen im Ländervergleich (Taalvaardigheden vergeleken in de deelstaten). Hierin is sprake van een enorme afstand tussen scholieren van Turkse afkomst niet alleen tegenover Duitse scholieren, maar ook tegenover scholieren van Russische en Poolse afkomst. Deze afstand kan, aldus de studie, niet verklaard worden met sociaaleconomische factoren. De afstand is later ook in het beroepsleven te zien: onder de Turkse migranten in de leeftijd van 25 tot 36 jaar hebben diegenen met een Turks staatsburgerschap tot 54% en zelfs diegenen met een Duits staatsburgerschap tot 33% geen afgesloten beroepsopleiding.
Die Zeit: Dat is allemaal al lang bekend. Maar welke maatschappelijke consequentie trekt u daar uit?
Sarrazin: Bepaalde migranten komen uit landen met een weinig ontwikkelde onderwijstraditie. Dat geldt ook voor Turkije. Iedereen moet adequaat worden gestimuleerd. Daartoe behoort echter, dat de Turkse kinderen überhaupt meedoen aan het onderwijs.
Die Zeit: We zijn het immers met elkaar eens: er bestaan hiaten wat betreft de ontwikkeling van de Turkse minderheid in Duitsland. Wij zijn echter niet van mening, dat dit ook maar iets te maken heeft met de genen. Al het andere is te veranderen. Dus moeten de Turken in Duitsland en de Duitsers samen iets ondernemen dat er iets verandert. Wanneer dat uw opvatting is, hebben we volkomen zinloos gevochten. Is dat uw opvatting?
Sarrazin: Mijn opvatting is: voor de migranten die hier zijn, moeten we onze uiterste best doen hen te integreren. En integratie verloopt via onderwijs. Dat we misschien verschillen zien betreffende de oorzaken en een verschillend succes voorspellen, daargelaten.
Die Zeit: Mee eens! Waarom wordt Duitsland dan dommer als we er samen voor vechten dat dit verandert?
Sarrazin: Duitsland wordt helemaal onafhankelijk van de immigratie daarom dommer, omdat de geboorteverdeling in ons land niet in verhouding is. Intelligentie en het behoren tot een bepaalde klasse houden sterk verband met elkaar.
Die Zeit: Migranten krijgen overigens helemaal niet altijd meer kinderen. De geboortecijfers kruipen langzaam naar elkaar toe.
Sarrazin: Juist is, dat bij vrouwen van Turkse afkomst, die nu in de tweede generatie hier zijn, de geboortecijfers dalen. De voortdurende immigratie van buiten zorgt er echter voor, dat de trend naar dalende geboortecijfers wordt gebroken.
Die Zeit: Een wetenschapper van de universiteit van Rostock heeft in haar dissertatie getracht de geboortecijfers van allochtone Duitse vrouwen en migranten te onderzoeken. Hieruit bleek, dat nog slechts ongeveer de helft van de oorspronkelijk uit Turkije afkomstige vrouwen van de tweede generatie net zo veel kinderen krijgt als hun moeders, namelijk drie en meer. Tendens dalend, de geboortecijfers komen steeds dichter bij elkaar te liggen.
Sarrazin: Het is echter nog steeds een veel hoger geboortecijfer dan bij de Duitse vrouwen, en de tweede immigratie komt daar nog bij.
Die Zeit: Het geboorteaandeel van oorspronkelijk uit Turkije afkomstige vrouwen daalt niet alleen in Duitsland, maar ook in het land van herkomst.
Sarrazin: In Turkije zijn op dit moment op 78 miljoen inwoners 1,4 miljoen geboortes, in Duitsland op 81 miljoen inwoners 650.000 geboortes. De Turken in Duitsland krijgen tweemaal zoveel kinderen in vergelijking met hun aandeel van de bevolking. Overigens gaat het geenszins alleen om de Turken, het gaat om de islamitische immigratie in zijn geheel. U hebt volledig terecht gezegd, dat het niet in de eerste plaats op de intelligentie zou aankomen, maar op datgene wat iemand kan en wat hij doet. Als ik nu zie, dat de islamitische migranten wat betreft onderwijssucces duidelijk en duurzaam achterblijft bij de rest van de bevolking en dan in uw krant lees welke problemen Franse voorsteden met islamitische immigranten hebben…
Die Zeit: Dat zijn geboren Fransen.
Sarrazin: Des te erger! Ik heb in mijn boel Walter Laqueur geciteerd, die heeft geschreven: Frankrijk had meerdere immigratiegolven van Joden, Polen, Vietnamezen enzovoort, geen enkele daarvan leidde tot integratieproblemen. De integratieproblemen liggen uitsluitend bij islamitische immigranten. Overal in Europa bestaan dezelfde integratieproblemen met islamitische immigranten. De these van mijn boek is: dat ligt blijkbaar aan de islamitisch-culturele achtergrond. Ik weet geen andere verklaring.
Die Zeit: Uiteraard bestaan er speciale problemen van moslims. U miskent echter het verschil tussen de Franse banlieus en Duitsland. Bij ons is de integratie lang niet zo, zoals deze zou moeten zijn, maar toch veel beter dan in Frankrijk. Wanneer u echter van ”hoofddoekmeisjes” spreekt, keren ook de goed geïntegreerde, ontwikkelde Turken, die Duitsland als hun vaderland beschouwen, de samenleving meer en meer de rug toe. Als u spreekt, worden de Duits-Turken weer Turken en de gematigde moslims islamisten. Meneer Sarrazin, u vergiftigt de bron, waaruit wij allen drinken.
Sarrazin: Wie van goede wil is en een goed hart heeft, kan de waarheid verdragen. Ik wijs alleen op problemen. Ik wil niet graag, dat we hier een minderheid hebben die haar vrouwen onderdrukt en hen dwingt om hier een hoofddoek te dragen.
Die Zeit: U noemt deze vrouwen ”importbruiden” en ”hoofddoekmeisjes”. Waar blijft dan bij u het respect, waarvan u zegt dat hun mannen dit niet bezitten?
Sarrazin: Ik bewijs de mensen altijd respect, niet echter een op het verleden gerichte onderdrukkingscultuur. Het 12-jarige meisje, dat door haar familie onder de hoofddoek wordt gestopt, heeft toch geen andere keuze. Het is slachtoffer van haar culturele achtergrond. Met respect komen de moslims alleen naar voren als ze in de minderheid zijn. Ik zou willen, dat diegenen die bij ons geïmmigreerd zijn zich in de meerderheidscultuur integreren. De dagelijkse terreur, die op veel scholen met meer dan 50% islamitische scholieren tegen de weinige overgebleven Duitse scholieren wordt uitgeoefend, laat zien wat er aan de hand is.
Die Zeit: U zegt, dat de links-liberale elite het probleem niet zou herkennen, omdat ze islamitische vrouwen hoogstens als schoonmaaksters kent. Hoeveel Turken heeft u dan in uw vrienden- of kennissenkring?
Sarrazin: Dat is in dit verband een volledig irrelevante vraag. Een Libanese taxichauffeur, die mij op het hoogtepunt van de mediale aandacht van het interview in Lettre International naar huis heeft gereden…
Die Zeit: …wij hebben het over vrienden, niet over taxichauffeurs…
Sarrazin: heeft me toen ik betaalde een schouderklopje gegeven en gezegd: Goed gedaan! Ik heb het aan m’n vrouw verteld.
Die Zeit: Op veel plaatsen is uw boek zelfs amusant. U zegt, dat islamitische mannen ook daarom gewelddadig zouden zijn, omdat ze seksueel gefrustreerd zouden zijn, omdat de islamitische vrouwen voor het huwelijk niet beschikbaar zouden zijn. Neemt u mij niet kwalijk: dat is toch behoorlijk naïef en onrealistisch.
Sarrazin: Onder de jeugd gebeurt altijd meer dan je aan de buitenkant kunt zien. Dat is het voorrecht van de jeugd en ouders zouden ook helemaal niet alles precies moeten willen weten. Maar in Berlin-Neukölln bijvoorbeeld is het niet mogelijk, dat een Turkse jongen zijn Fatma bij de buren ophaalt…
Die Zeit: Nee, die ontmoet haar meteen in het park, zonder dat de ouders daar iets van mee krijgen!
Sarrazin: …om met haar hand in hand een wandeling te maken in de omgeving. Normale relaties zijn gewoon moeilijker.
Die Zeit: Hoe definieert u normale relaties?
Sarrazin: Het enorme agressiepotentieel van deze groep is helaas heel duidelijk. De Arabische jongens komen niet in de buurt van hun Arabische meisjes.
Die Zeit: Die komen heus wel bij hen in de buurt. Daar kunt u zeker van zijn!
Sarrazin: Uiteindelijk gebruiken ze de gemakkelijker te krijgen Duitse meisjes uit de onderklasse, om ze daarna te vernederen dat ze zo gemakkelijk te krijgen zijn.
Bron:
http://www.zeit.de/2010/35/Sarrazin
Interview: Özlem Topcu en Bernd Ulrich
Vertaald uit het Duits door:
E.J. Bron