Bij Hogeschool Windesheim trok de leiding vorig jaar een affiche van Charlie Hebdo van de muur. „Drie weken lang een spottende afbeelding van de profeet Mohammed leek me niet zo respectvol naar de moslimstudenten”, lichtte het hoofd van de journalistenopleiding toe. Het leverde hem hoon op van hoogleraar en publicist Paul Scheffer, die meteen afzegde om langs te komen voor een debat: „Juist op een journalistenschool is vrijheid van meningsuiting belangrijk.”
Veel universiteiten en hogescholen openen vandaag het academisch jaar. Het hoger onderwijs moet een slijpsteen voor de geest zijn, waar slimme jonge mensen open en vrij over alle mogelijke onderwerpen discussiëren. Maar werkt het nog wel zo? Ad Verbrugge, filosoof aan de Vrije Universiteit betwijfelt dat. „De universiteit is een wat onvrije plaats geworden. Bepaalde dingen kun je niet meer zeggen of doen. Wat dat betreft lijkt het wel wat op een kerk.”
Overgevoelig
Op een Britse universiteit kwamen studenten in opstand toen er feestelijke sombrero’s (Mexicaanse hoeden) werden uitgedeeld, want dat kon niet: Mexicanen zouden zich misschien gekwetst voelen. De hoeden werden verbannen. Zo ver is het al gekomen op universiteiten in de VS en Engeland. De overgevoeligheid neemt daar absurde vormen aan. De vrijheid van meningsuiting komt zelfs in gevaar, waarschuwde een groep Britse wetenschappers. De universiteiten schrappen steeds meer onderwerpen uit angst dat iemand daar aanstoot aan zou kunnen nemen.
Die zelfcensuur verandert de universiteiten in doorgeschoten ’veilige havens’, waar studenten niet de ’intellectuele uitdaging van een debat over tegenstrijdige ideeën’ krijgen.
De golf van gekwetstheid waait over naar Nederland, maar helemaal nieuw is het verschijnsel niet. In de jaren zestig werd criminoloog Buikhuisen kapotgemaakt door links omdat hij politiek incorrect onderzoek deed naar misdaad. In de jaren tachtig timmerden ’antiracismewetenschappers’ Philomena Essed en Gloria Wekker aan de weg. Zij zagen overal witte onderdrukking en onbewust racisme, het gevolg van ons koloniale verleden. Veel vakgenoten beoordeelden hun werk in de jaren negentig als wetenschappelijk broddelwerk, maar beiden beleven nu een spectaculaire comeback. Onder policor-twintigers gelden Wekker en Essed als helden van de antiracismebeweging.
Epicentrum
Essed en Wekker werken aan de Universiteit van Amsterdam, het onbetwiste epicentrum van policor. Na de studentendemonstraties ging er vorig jaar een ’diversiteitscommissie’ aan het het werk – onder leiding van Wekker – die de UvA moest doorlichten op zogenoemde ’micro-agressies’. ’Micro-agressies’ is jargon voor kleine, al dan niet ingebeelde schofferingen die toch tot diepe gekwetstheid leiden bij zogenoemde ’gemarginaliseerde groepen’.
Deze mensen streven naar ’dekolonisatie van de geest’, het laatste stadium van het afschudden van de koloniale geschiedenis. De Surinaamse historicus Sandew Hira gaat in Nederland voorop in deze stroming. Waar Nederland het heeft over de Gouden Eeuw, moet wat hem betreft worden gesproken over de Eeuw van de Grote Misdaad, omdat toen de slavenhandel opkwam.
De zwarte denkers houden er een totaal andere weergave van de geschiedenis op na. En wie die lezing niet volgt, ’beoefent geen wetenschap maar verkondigt de ideologie van de witte suprematie’, zo werd betoogd in het wetenschappelijk Tijdschrift voor Geschiedenis.
Niet alleen in Amsterdam, ook op de Universiteit Utrecht is sprake van een lichte toename van dit soort politieke correctheid, meent docent onderwijskunde Casper Hulshof. „Daar is bijvoorbeeld discussie over genderneutrale toiletten. Ook leeft het idee van het veganistisch inrichten van de bedrijfskantines. Maar er is ook veel weerstand tegen.”
Globalisme
De oorzaak ligt volgens filosoof Ad Verbrugge van de VU in het oprukkende Engels als voertaal en de nadruk op globalisme. „Nationaal is fout. Dan neig je meteen naar Wilders. Die antinationalistische teneur heerst echt op veel universiteiten. Een bibliotheekmedewerker in Tilburg zei pas tegen een collega van mij dat niet gehoord mocht worden dat ze Nederlands met elkaar spraken, want dan kon ze worden ontslagen.”
Verbrugge ziet ook dat lesstof soms wordt aangepast vanuit ideologie. „Veel onderwerpen worden niet behandeld. Als het gaat over thema's die bijvoorbeeld ook Thierry Baudet aansnijdt, die zullen op veel plaatsen geen serieuze aandacht krijgen. Zelfs het debat daarover is ongewenst.”
Baudet werd bekend door zijn anti-Europastandpunt. „Mij willen ze gewoon niet binnen hebben”, zegt hij zelf. „Ik had met een UvA-decaan afgesproken dat ik een serie zou geven. Nooit meer iets van gehoord. Hoogleraren hadden tegen mijn komst geprotesteerd. Uitsluiten van andere meningen vind ik ongezond voor een maatschappij. Ik ken economen die twijfelen aan de euro, maar ze durven dat niet uit te spreken, want anders plegen ze carrière-zelfmoord. Ze zijn echt bang.”
Rechtsgeleerde Paul Cliteur ziet de angst voor afwijkende meningen langzaam maar zeker in de hele samenleving doorsijpelen. „Het huisgezin is veranderd door de techniek. Iedereen kan zich makkelijk op zijn eigen iPad of iPhone afsluiten in zijn eigen serie of zijn eigen Faceboekgroepje, waardoor je niet meer gewend bent om te worden geconfronteerd met andere geluiden.”
ZO VER GAAT HET
Joden eten kindertjes, zo luidde de legende in de middeleeuwen. In de islamitische wereld worden dit soort anti-Joodse onzinverhalen nog steeds wijd verspreid. De Utrechtse hoogleraar Pieter van der Horst wilde in 2006 zijn afscheidsrede wijden aan antisemitisme in de islam, maar de rector stak daar een stokje voor. Hij moest de boodschap afzwakken om studenten niet tegen het hoofd te stoten. „Een schandalige inbreuk op mijn academische vrijheid.” De studie geschiedenis is bij Oudheidkunde veel te wit, vond een studente. De bijdrage van Afrika aan de westerse beschaving bleef totaal onderbelicht, bijvoorbeeld die van de (volgens haar) zwarte Egyptenaren. En waarom werd de westerse beschaving superieur geacht terwijl die groot is geworden met kolonialisme, racisme en slavernij? Onvermijdelijk kwam er een debat. Haar docenten bleven echter nuchter. Onze cultuur ís nou eenmaal grotendeels gebouwd op de Grieken en de Romeinen, stelden ze. Niet op Afrika. ’Een schokkend gebrek aan respect voor gevoeligheden’. Hoogleraar Christoph Lindner was boos op zijn werkgever, de Universiteit van Amsterdam. Wat had de UvA misdaan? Het nieuwe onderzoeksinstituut IAS was opgericht door negen blanke, mannelijke geleerden, die trots de ’founding fathers’ werden genoemd. Geen vrouw of gekleurd persoon te bekennen, schande! Er kwamen excuses en in allerijl werd met een kunstgreep een vrouw aan de lijst toegevoegd. Duitse sociologiestudenten openden dit jaar de jacht op de Nederlandse migratiewetenschapper Ruud Koopmans. Die kwam tot de conclusie dat discriminatie niet zo’n grote rol speelt bij werkloosheid onder moslims, zoals die vaak beweren. Studenten boos: ’Koopmans maakt stemming tegen moslims’.