Discriminatie (en al het andere) door burgers onderling wordt geregeld in wetboeken.
Maar dit verschil is aan onze volksvertegenwoordigers niet besteed. Die willen dat de overheid buitenrechtelijk veroordeelt door het aanleggen van zwarte lijsten van bedrijven die, zonder juridisch veroordeeld te zijn, volgens de overheid aan het onwettig discrimineren zijn.
Lijstjes die door SJW's onder bezielde leiding van College voor de Rechten van de Mens met graagte samengesteld worden.
https://www.rtlnieuws.nl/geld-en-werk/k ... publiceren'Kamer wil namen discriminerende uitzendbureaus publiceren'
Een meerderheid van de Tweede Kamer wil dat de namen van uitzendbureaus die namens opdrachtgevers discrimineren, bekend worden gemaakt. Het noemen van namen moet ervoor zorgen dat de bedrijven ophouden met discrimineren.
Dat meldt NOS op basis van een rondgang langs politieke partijen. De Kamer reageert op onderzoek van Radar, waarin bekeken werd hoe uitzendbureaus reageren op verzoeken over de afkomst van potentiële werknemers. De helft van de uitzendbureaus bleek bereid te discrimineren door rekening te houden met afkomst bij de selectie van mensen.
Vijf jaar geleden zijn de uitzendbureaus er al op aangesproken door toenmalig minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher, maar in de praktijk blijkt er nog volop gediscrimineerd te worden. "De politiek moet nu maar harder ingrijpen, bijvoorbeeld door maar gewoon te publiceren wie er over de schreef gaat", zegt D66-Kamerlid Van Weyenberg tegen NOS.
Nu blijkt dat onwettige discriminatie lastig te bewijzen is. Zodoende is in het verleden al de bewijslast omgedraaid.
Een onbedoeld effect van die zwarte lijst kan zijn dat werkgevers weten bij wie ze terecht kunnen als ze inboorlingen als personeel willen hebben.Discriminatie in de praktijk bewijzen is lastig, legt het College voor de Rechten van de Mens uit in een reactie aan RTL Z. "Daarom is er in de wet gelijke behandeling al verlichte bewijslast opgenomen, speciaal voor discriminatiezaken", vertelt een woordvoerder.
"Dat wil zeggen dat een klager met feiten moet komen waaruit het vermoeden van discriminatie blijkt. Als het College dat vermoeden aanneemt, draait de bewijslast om. Dat moet de werkgever, in dit geval het uitzendbureau, bewijzen dat er niet gediscrimineerd wordt."