Het is kiezen tussen dennen of stuivende duinen
De wind heeft vrij spel nu de helft van het Dr. Van Steijnbos is gekapt. Als straks ook de boomstronken zijn weggehaald, stuift het zand door de Schoorlse Duinen. Tot verdriet van velen.
Welke natuur heeft Nicolaas Beets hier gezien? Kees de Bakker, uitgever te Groet, is nieuwsgierig naar het duinlandschap waarin Teun de Jager, hoofdpersoon in een van de verhalen in Camera Obscura, zijn hoenders schiet. Beets beschrijft in het verhaal uit 1840 ‘het armelijke Schoorl’, aan de voet der duinen, ‘met dicht kreupelhout en koele bosschages’, en de ‘bevallig slingerende zandweg, ter wederzijde altijd in de schaduw van eiken, iepen en berken en allerlei geboomte, langs welke stammen hier en daar het klare duinwater in kronkelende beekjes voortdringt’.
De Bakker weet niet beter of er staan dennen in de duinen. Grove dennen, die vanouds in Nederland voorkomen, maar vooral Corsicaanse dennen, exoten uit Italië die zich goed staande houden in de zeewind. De dennen zijn tachtig tot honderd jaar geleden aangeplant als buffer tegen stuivend zand en voor houtproductie, en de bossen zijn door de inwoners van Bergen en Schoorl en vele vakantievierders in gebruik genomen als recreatiegebied.
Maar nu moeten die uitheemse dennen er aan geloven. Deze winter is 7,6 hectare van het Dr. Van Steijnbos gekapt. Als voorzitter van de Stichting ter Behoud van het Schoorlse- en Noord-Kennemerduingebied (kortweg de Duinstichting) heeft De Bakker zich fel tegen die kap verzet, maar toen de rechter in november het beroep tegen de omgevingsvergunning verwierp was er niets meer aan te doen.
De Schoorlse Duinen zijn zowel de hoogste als de breedste duinen van Nederland. De top ligt net boven de 55 meter, op zijn breedst meet het duingebied bijna 5 kilometer. Het natuurgebied ligt tussen de Hondsbossche Zeewering in het noorden en het Noordhollands Duinreservaat in het zuiden, wordt aan de oostkant begrensd door een lint van dorpen en strandt in het westen in de Noordzee.
In 1997 is in de duinenrij tussen Schoorl en Bergen aan Zee de inham De Kerf gegraven, waardoor de zee bij storm en springtij landinwaarts kan stromen. De blonde duinen zijn kalkarm in tegenstelling tot de gele kalkrijke grond ten zuiden van Bergen aan Zee, en dit is van grote invloed op de soorten die er voor komen. In het gebied ligt meer dan 60 kilometer aan wandel- en fietspaden.
Her en der langs de fietspaden liggen in strakke mootjes gehakte stammen opgestapeld. “Die machines gingen razendsnel en effectief te werk, in twee minuten tijd is een boom gekapt, van zijn takken ontdaan en in stukken gezaagd”, vertelt Duinstichting-secretaris Lammert Mesken.
Er staan alleen nog stronken in het zand langs het fietspad dat dezelfde naam draagt als dit voormalige bos. Die worden pas in het najaar gerooid. Sinds eind januari liggen de werkzaamheden stil wegens het naderende broedseizoen. De wind heeft vrij spel, het zand kan stuiven.
Ruimte voor andere natuur
Precies dat is de bedoeling van het Natuurherstel Schoorlse Duinen, dat Staatsbosbeheer in opdracht van de provincie Noord-Holland uitvoert. De Corsicaanse dennen houden de verstuiving van het grijze duin tegen en ze nemen teveel grondwater op. “Op sommige locaties is het grondwaterpeil met 1,5 meter gedaald, waardoor de natte duinvalleien, die hier van nature voorkomen, zijn verdroogd en nagenoeg verdwenen”, legt de woordvoerder van gedeputeerde Esther Rommel uit.
De provincie moet erop toezien dat in de Schoorlse Duinen de doelstellingen van het internationale beschermingsprogramma Natura 2000 worden gehaald, zoals ‘herstel van de natuurlijke dynamiek van het grijze duin’, waardoor soorten als duinparelmoervlinder, kleine pimpernel, parnassia, tapuit en zandhagedis beter gedijen. “Kap is niet het doel op zich. Het doel is dat andere natuur zich kan ontwikkelen, zodat de biodiversiteit niet achteruit gaat”, aldus de woordvoerder.
Noord-Holland wil met het herstelplan ook het stikstofgehalte in het natuurgebied terugbrengen, aanvankelijk als onderdeel van de Programmatische Aanpak Stikstof (Pas), die het mogelijk maakte om stikstof die door landbouw, industrie en verkeer wordt uitgestoten elders te compenseren. Sinds de Pas in 2019 door de Raad van State ongeldig is verklaard, houdt de provincie het erop dat het maaien van heide en afvoeren van de humusrijke bovenlaag te hoge concentraties stikstof in de van oorsprong voedselarme bodem weer omlaag brengt. Zo kan de biodiversiteit van het grijze duin hersteld worden.
Tot ergernis van de leden van de Duinstichting. “Wat heeft het voor zin om de duinbegroeiing af te plaggen als je de bron van stikstof niet aanpakt?”, vraagt landschapsecoloog Marie-José Stoop retorisch. “Die blijft voorlopig nog uit de lucht vallen.” Juist kalkarme duinbodem is bijzonder gevoelig voor stikstof. Het is volgens Stoop ook maar de vraag of de maatregelen in het herstelplan bedreigde soorten er weer bovenop helpen. “Komt de tapuit wel terug? En de zandhagedis is nooit uit de duinen verdwenen.”
De provincie doet alsof alle duinen hetzelfde verhaal vertellen, zegt Stoop. “Het verhaal van de kalkarme Schoorlse Duinen wijkt echter beduidend af van die van kalkrijke duinen. De belangrijkste reden voor grondwaterdaling zijn waterwinning en polderbemaling. En de sleutelfactoren voor succesvolle dynamiek zijn schone lucht en begrazing door konijnen, maar die zijn nu en in de komende jaren niet aanwezig.
Ook maakt ze zich zorgen over vele zeldzame paddenstoelen, korstmossen, insecten en de dennenorchis, een wilde orchidee die het juist goed doet in de oude naaldbossen in kalkarme duinen. “De biodiversiteit is hier nu bijzonder hoog, dus je moet jezelf de vraag stellen wát je hier wilt herstellen. Dit hoge witte duinmassief is eeuwen terug juist door erosie ontstaan. Als de wind in de middenduinen vrij spel krijgt, wordt de dynamiek hier bijzonder hoog. Dat zal sommige soorten van bos en heide uit het gebied verdringen en voor de vele recreanten zal veel beschutting wegvallen.”
De leden van de Duinstichting vinden dat ze vanaf het begin op het verkeerde been zijn gezet. Inwoners van Bergen, Schoorl, Groet en Camperduin dachten dat het herstel van Staatsbosbeheer te maken had met de vernietigende duinbrand in 2009, legt Stoop uit, toen 150 hectare natuur in vlammen opging en uit voorzorg 550 inwoners van Schoorl werden geëvacueerd. Tot hun schrik kregen ze op de informatieavonden in 2016 te maken met een plan waardoor nogmaals een groot deel van het bos zou verdwijnen.
Volgens de oorspronkelijke plannen moet 96 hectare bos worden gekapt. Loofbomen en inheemse grove dennen mogen blijven staan. Staatsbosbeheer voert het plan uit in drie fasen van telkens zes jaar, waarvan de eerste volgend jaar afloopt. Na monitoring van de ingrepen zal worden gekeken hoe de volgende fase eruit gaat zien. Volgens Staatsbosbeheer laat het chopperen van de heide begin 2019 nu al verbetering zien.
Eind 2019 sloten de provincie, Staatsbosbeheer en de gemeente Bergen een akkoord waarin de kap wordt beperkt; 94 procent van het bos in de Schoorlse Duinen blijft bestaan, waaronder het Baaknolbos dat aanvankelijk op de nominatie stond om in de tweede of derde herstelfase te worden gekapt. De bodem van het Baaknolbos, in de buurt van het beroemde Klimduin in Schoorl, blijkt een ideale voedingsbodem voor paddenstoelen. Er groeien hier tal van soorten die als zeldzaam of uiterst zeldzaam op de rode lijst staan. Paddenstoeldeskundigen zijn dan ook blij met het besluit tot behoud van het bos, al is dat onder voorwaarden.
Het Leeuwenkuilbos is nog niet van de kaplijst af, maar dit bij mountainbikers populaire bos blijft in elk geval overeind tot duidelijk is wat de kap van het Van Steijnbos heeft opgeleverd, zo beloofde gedeputeerde Rommel vorig voorjaar. In ruil voor die toezegging trok de stichting toen haar burgerinitiatief ‘Stop de boskap’ in. De Bakker, Mesken en Stoop zijn er nog niet helemaal gerust op.
Als de eerste fase van het herstelplan straks is afgerond, kan de evaluatie leiden tot herziening van het beheerplan, maar nog altijd staan de Natura 2000-doelstellingen voorop, legt de woordvoerder van de provincie uit. “Dit plan wordt opgesteld aan de hand van de meest recente gegevens uit het gebied. Waar mogelijk zoeken we naar zoveel mogelijk draagvlak. Er is toegezegd dat het Baaknolbos in principe niet zal worden gekapt, tenzij er echt geen alternatieven zijn.”
Behalve voor het plezier en de soortenrijkdom zijn de bossen ook goed voor de bescherming van de dorpen. Als geboren en getogen Groetse herinnert Stoop zich nog de ondergestoven huizen uit haar jeugd. Het zand kwam overal. Volgens de provincie is uit een risicoanalyse gebleken dat de kans verwaarloosbaar is dat stuifzand de bebouwde kom bereikt. Maar De Bakker leest Nicolaas Beets, die schrijft over ‘de kleine stulpjes der bewoners, aan de westzijde niet zelden half in het duin begraven, en van boven grauw van bloeiende mossen en knoestige zwam’.