Op een avond in 2020, vlak voor aanvang van een debat,
neemt directeur Egbert Fransen een medewerker van
Pakhuis de Zwijger in Amsterdam apart. Kan ze even
meekomen? De medewerker vertelt hoe ze naar een lege
ruimte in het gebouw wordt geleid, waar Fransen (62)
achter gesloten deuren begint te schreeuwen. ,,Hij stond
vlak voor me. Het was zo agressief. Toen ik me probeerde
te verdedigen zei hij: ‘Wat sta je daar nou met dat
piepstemmetje?’”
Een voorbeeld van één medewerker, zonder getuigen.
Maar het past in een patroon dat naar voren komt uit de
getuigenissen van 32 andere oud-werknemers van het
debatcentrum die de voorbije maanden met deze krant
spraken. Voormalig programmamakers, technici, stagiairs,
horecapersoneel en facilitair medewerkers omschrijven
Fransen als gedreven en perfectionistisch, maar ook
verbaal agressief – en soms angstaanjagend.
- Waarom heb ik niets gezegd? Het
is doodeng als hij tegen je staat
te schreeuwen
,,Ben je godverdomme dom?”, krijgt een medewerker naar
eigen zeggen te horen. ,,Fransen zei: ‘Heb je wel
hersencellen? Gaat ze nog huilen ook. Jezus, je kan ook
niets hebben’.” Ze is niet bij machte ertegenin te gaan. ,,Ik
word boos als ik eraan denk. Waarom heb ik niets gezegd?
Het is doodeng als hij tegen je staat te schreeuwen.”
Deze krant sprak zowel oud-werknemers die in het prille
begin (vanaf 2006) bij het Pakhuis aan de Piet Heinkade
werkten, als in de jaren daarna – tot en met 2022.
Sommigen werkten er maanden, anderen jaren. Op een
enkeling na willen ze anoniem blijven, vaak uit angst voor
hun carrière. Ze spreken van een ‘klein wereldje’, waarin
Fransen een ‘machtig man’ is.
De meeste medewerkers beseffen meteen dat het om
Fransen gaat, als deze krant hen benadert met vragen
over het debatcentrum. ,,Waar bleven jullie?” zegt iemand.
Een ander bedankt de verslaggever tijdens het gesprek.
,,Ik zit te trillen nu ik het vertel. Het is therapeutisch.”
Paniekaanvallen en burn-outs
Binnen het Pakhuis, waar jaarlijks zo’n 600 debatten
plaatsvinden, kunnen medewerkers nauwelijks terecht met
hun klachten. Fransen vormt de leiding met adjunct-
directeur Hester Tiggeloven (53), die tot ruim twee jaar
geleden ook de interne vertrouwenspersoon was. Omdat
zij tevens de echtgenote van Fransen is, trokken
medewerkers niet over hem aan de bel. Een externe
vertrouwenspersoon is pas recent aangesteld.
Even los van Pakhuis de Zwijger: Fransen is niet de eerste
leidinggevende van een bedrijf die wordt beticht van
grensoverschrijdend gedrag. En voor alle duidelijkheid: er
is géén sprake van seksueel misbruik of het fysiek belagen
van mensen. Dat neemt niet weg dat achttien oud-
medewerkers zeggen (mede) vanwege de onveilige
werksfeer te zijn vertrokken. Achtentwintig oud-
werknemers bevestigen dat Fransen regelmatig woede-
uitbarstingen had. Zeven van hen zeggen daarbij een keer
in huilen uitgebarsten te zijn. Achttien spreken van een
angstcultuur, acht mensen zeggen er fysieke klachten aan
te hebben overgehouden – van paniekaanvallen tot burn-
outs. Fransen zelf ontkent vrijwel alles. ,,Ik herken echt
helemaal nul van tegen mensen schreeuwen.” (zie
Fransens volledige reactie onderaan)
Het gesignaleerde gedrag staat op gespannen voet met de
aard van het instituut: Pakhuis de Zwijger presenteert zich
als toonbeeld van maatschappelijk bewustzijn. Het
debatcentrum is volgens de eigen gedragscode een
‘inclusief en veilig huis’, waar iedereen ‘als gelijkwaardige
en gerespecteerde volwassene [wordt] behandeld en
aangesproken’. Er ‘wordt niet op de mens gespeeld’ en
‘niet gevloekt of gescholden’, zodat gesprekken ‘veilig,
beleefd en respectvol’ verlopen.
Magische plek
Eind 2021 vindt in het debatcentrum een driedelige
debatreeks plaats over grensoverschrijdend gedrag in de
cultuursector, met onder anderen GroenLinks-wethouder
Touria Meliani als deelnemer. Het past bij het door Fransen
gekoesterde imago van het Pakhuis als dé plek van de
dialoog in Amsterdam. Voor splijtende debatten is er De
Balie, hier zoeken betrokkenen constructief naar
oplossingen.
Stadsbestuurders zijn kind aan huis in het Pakhuis en de
gemeente Amsterdam houdt er tegen betaling zeer
regelmatig bijeenkomsten. Bovendien subsidieert de
gemeente het Pakhuis met een jaarlijks bedrag van
450.000 euro.
Pakhuis de Zwijger is het informele clubhuis van een
culturele voorhoede. Of het nu gaat om het
slavernijverleden, Zwarte Piet of de lhbtq-gemeenschap:
het debatcentrum vervult een voortrekkersrol.
Het inclusieve imago trekt jonge, ambitieuze mensen aan.
Ze willen werken bij een instituut dat opkomt voor een
progressieve wereld. ,,Iedereen die binnenkomt denkt: dit
is fantastisch", aldus een oud-werknemer.
Dat kunnen directeur Fransen en adjunct-directeur
Tiggeloven op hun conto schrijven. Zij hebben het Pakhuis
uitgebouwd tot een ‘magische plek’, zeggen oud-
medewerkers, met uitmuntende faciliteiten; een plek waar
je impact kunt hebben. Het echtpaar biedt net-
afgestudeerden een uitgelezen kans in korte tijd een enorm
netwerk op te bouwen.
- Ik zei: ‘Nú ophouden, ik ben aan
het werk.’ Stampend en tierend
droop hij af
Maar die magie heeft ook een prijs. De bedrijfscultuur
staat, in de woorden van een oud-werknemer, ‘haaks op
alles waar Pakhuis de Zwijger voor zegt te staan’.
De voorbeelden zijn legio. Een oud-medewerker vertelt hoe
hij op kantoor met een groepje aan een pitch werkte voor
een reeks debatavonden. Als Fransen dat op een
computerscherm ziet, geeft hij een harde klap op het
scherm. ,,Hij kwam op een paar centimeter van me staan
en voer uit, midden op de werkvloer. Waarom hadden we
dit niet allang met hem overlegd? Het spuug kwam op mijn
gezicht.”
Joris Miedema (41), die van 2018 tot 2020 als technicus bij
het debatcentrum werkte, vertelt hoe hij een keer van zich
afbijt als de directeur bij een digitale opname in zijn oor
schreeuwt omdat de camera de verkeerde persoon in
beeld heeft. ,,Ik zei: ‘Nú ophouden, ik ben aan het werk.’
Stampend en tierend droop hij af.”
Een oud-medewerker omschrijft hoe Fransen ten
overstaan van 15 tot 20 man zo tegen hem tekeergaat, dat
hij in huilen uitbarst. Een andere medewerker, een
twintiger, beschrijft hoe het werk bij het Pakhuis haar te
veel werd. Tijdens een debatavond gaat er een en ander
mis, kleine dingen met de techniek. Bij elke fout beent
Fransen volgens haar het regiehok binnen en begint tegen
haar te schreeuwen, het moet nú opgelost. De rest van de
avond draait ze zich steeds schichtig om, bang dat hij weer
zal binnenstormen. Op weg naar huis kan ze niet stoppen
met huilen.
Ontploffen
Beneden, in het horecadeel van het Pakhuis, trekken ze
hun eigen plan. Toch zijn ze ook daar bekend met
Fransens nukken, zegt een oud-medewerker. ,,Dan vroeg
ik als ik een keer boven kwam: hoe gaat het ermee? Was
het antwoord: ‘Egbert heeft een slechte dag,’ dan liep
iedereen op zijn tenen.”
Het humeur van Fransen is voor medewerkers een
indicator voor de sfeer op de werkvloer. ’s Ochtends seinen
ze elkaar in. ,,Als dat slecht was en we een vergadering in
gingen”, aldus een oud-medewerker, ,,zetten we in een
presentatie soms een foto een beetje scheef, of we
verwisselden een sheet. Zodat hij dáárover boos zou
worden en niet op een van ons.”
Naar vergaderingen gaan programmamakers vaak met een
knoop in hun maag. Want, zegt iemand, er moeten altijd
een paar voorbeelden worden gesteld. ,,Het kon iets heel
kleins zijn dat hem deed ontploffen.” Fransen loopt de
programma’s na, de powerpoints, de vragen, de gasten.
,,Klopte er iets niet, dan ging hij los.” En nooit durft iemand
voor een ander op te komen. Een oud-medewerker: ,,Ik
probeerde naar zijn pijpen te dansen, zodat hij tegen mij
niet zo tekeer zou gaan.”
Fransen wordt snel emotioneel; bij boze mails kan de caps-
locktoets met hem aan de haal gaan. Zijn speeches op de
nieuwjaarsborrel en de zomerbarbecue eindigen steevast
in tranen, ontroerd als hij raakt over de inzet van zijn
mensen.
Hij maakt eindeloos lange dagen en bemoeit zich met de
kleinste details. Als hij ’s ochtends in het café van het
debatcentrum zit, windt hij zich op als de telefoon daar niet
snel genoeg wordt opgenomen, en vlak voor aanvang van
het programma zet hij de stoelen nog even recht.
- Als Egbert en Hester ergens
stonden, nam je een andere route
Het Pakhuis heeft de trekken van een familiebedrijf,
vertellen veel oud-werknemers. Waarbij de pater familias,
die het Pakhuis zijn ‘kindje’ noemt, rekent op toewijding van
de overige gezinsleden. Het maakt de overstap naar een
andere baan vaak ingewikkeld. Sommigen houden aan hun
exit-gesprek het idee over dat ze de directie in de steek
laten.
De (oud-)medewerkers hebben vaak een complexe relatie
tot Fransen. ,,Ik had een soort emotionele afhankelijkheid,”
zegt iemand. ,,Toen ik begon keek ik heel erg tegen Egbert
op. Ik dacht: ja, hij schreeuwt, maar hij staat onder druk.
Als ik ’s avonds na een geslaagd programma een positief
sms’je van Hester kreeg, was ik heel blij.”
De rol van Hester Tiggeloven, die het hr-deel van het
Pakhuis runt, is problematisch. ,,Je wist dat alles wat je
tegen haar zei, ook bij Egbert zou belanden”, aldus een
oud-programmamaker. Een oud-stagiair zegt dat toen ze
fysieke en mentale problemen kreeg door de werksfeer, ze
behoefte had aan ‘iets van een vertrouwenspersoon’.
,,Maar ja, naar Hester ga je niet.”
Medewerkers geven elkaar tips om Fransen te ontlopen:
neem de achtertrap. ,,Je weefde je om Egbert en Hester
heen”, zegt oud-technicus Miedema. ,,Als ze ergens
stonden, nam je een andere route.”
- Ik stond voordat ik naar binnen
moest te kokhalzen langs de weg
Ze horen hem vaak tekeergaan in zijn eigen glazen
kantoor. ,,Het was altijd een combinatie van schreeuwen,
schoppen en slaan tegen een kast, zijn telefoon op tafel
slaan, dat soort dingen,” zegt een oud-werknemer. Ook
gooit hij volgens een aantal medewerkers weleens dingen
door zijn kantoor, in de beginjaren zelfs weleens een stoel.
Twee oud-medewerkers zeggen door de onveilige
werksfeer meerdere paniekaanvallen te hebben gehad.
Een ander had nachtmerries en hartkloppingen. Een
stagiair kreeg naar eigen zeggen slaap- en eetproblemen.
Een oud-programmamaker omschrijft een maandenlange
maagpijn. ,,Vanaf de dag van mijn vertrek bij Pakhuis was
het weg. Het is nooit meer teruggekomen.”
Iemand die het jarenlang volhoudt, zegt dat hij op een
gegeven moment ‘niets meer dan huilbuien’ had. ,,Ik stond
voordat ik naar binnen moest te kokhalzen langs de weg.”
Tijdens de coronapandemie eindigen online meetings met
de directie soms abrupt, doordat Fransen boos zijn laptop
dichtklapt als iets hem tegenstaat. Een keer barst een
collega na zo’n voorval in tranen uit; ze kan er niet meer
tegen. Collega’s vallen haar bij, kunnen ze er iets aan
doen? Een mediator? ,,We kwamen er niet uit. Egbert zou
boos worden. We wisten: alles was verraad.”
Gedragscode
In 2019 wordt publicist en schrijver Mounir Samuel door
Fransen en Tiggeloven binnengehaald om een
gedragscode op te stellen. Bedoeling is – aldus de website
van het Pakhuis – ‘een nieuwe norm te stellen voor hoe het
maatschappelijk gesprek op een constructieve,
gelijkwaardige en inclusieve manier kan worden gevoerd’.
Maar Samuel stuit volgens toenmalig werknemers op een
prangendere kwestie: de interne cultuur. ,,Hij ging in
gesprek met alle programmamakers. Bijna iedereen zei dat
het onveilig was”, aldus een oud medewerker.
Samuel stelt de gedragscode op. Als hij daarnaast begin
2020 zijn ongevraagde conclusies over de situatie op de
werkvloer aan de directie wil overleggen, volgt een ruzie
met Fransen in diens kantoor. ,,Ik hoorde Egbert
schreeuwen,” vertelt iemand. Samuel stapt per direct op.
Twee jaar later wordt het consultantbureau IZI Solutions
ingehuurd voor invoering van de gedragscode (Code of
Conduct). In een eerste sessie met medewerkers gaat het
opnieuw vooral over de onveilige werkomgeving.
Sommigen hopen dat het bureau kan bemiddelen tussen
hen en de directie. Maar in een tweede sessie, waar
Fransen en Tiggeloven ook aanwezig waren, nuanceren
meer ervaren personeelsleden de negatieve verhalen.
,,Dat was een constante,” aldus een oud-medewerker. ,,Er
is een groep oudgedienden die het gedrag sugarcoat en
zegt: het valt wel mee, je moet een modus vinden met
Egbert, gewoon harder werken. Zo ging het ook met die
bemiddeling.”
Niet het hele verhaal
,,We spraken wel met elkaar over de angstcultuur”, zegt
Joachim Meerkerk, die van 2010 tot 2018 nauw
samenwerkte met Fransen. Hij is een van de weinige oud-
medewerkers die niet anoniem wil blijven. ,,Egbert kwam
soms echt agressief over. Dan vond iedereen dat we dat
moesten agenderen. Maar als ik dat dan deed in
aanwezigheid van Egbert, dook iedereen.”
Meerkerk zegt Fransen wel te hebben aangesproken op de
angst bij medewerkers om iets fout te doen. ,,Hij ontkende
het.”
Volgens Meerkerk zijn de uitbarstingen nooit op specifieke
collega’s gericht. Als Fransen schreeuwde, een stoel
omduwde of een tas wegsmeet, ging het om het
afreageren van frustratie in zijn algemeenheid, aldus
Meerkerk. Andere oud-werknemers zeggen dat dat vaak zo
was, maar zeker niet altijd.
Meerkerk noemt de angstcultuur ‘niet het hele verhaal’.
,,Het is een organisatie met heel veel vrijheid en ruimte
voor creativiteit en een familiaire sfeer. Dat is ook dankzij
Egbert en Hester.”
Schering en inslag
Enkele meer door de wol geverfde oud-medewerkers
benadrukken dat Fransens gedrag schering en inslag is in
de cultuursector. ,,Ik had een goede manier gevonden om
met hem om te gaan, zonder confrontaties”, zegt een van
hen. ,,Ik schaamde me voor dat geschreeuw. Maar ik denk
dat het ook een generatieding is. Dat de generatie die er
nu zit, veel minder pikt.”
Een oud-collega stelt dat het niet om deze specifieke
generatie gaat, maar dat jonge mensen aan het begin van
hun loopbaan überhaupt kwetsbaar zijn. ,,Ik had al elders
gewerkt en vond: zo ga je niet met mensen om. Maar die
jongeren hebben geen referentiekader en denken: zo gaat
het er kennelijk aan toe op een werkvloer.”
Onder de oud-werknemers die zeggen te hebben geleden
onder Fransens gedrag zitten overigens ook dertigers en
beginnende veertigers; zeker negen.
Volgens een ingewijde bleek uit de interventies van IZI
Solutions welwillendheid bij de directie om zaken te
verbeteren. ,,Vorig jaar is erkend dat het anders moet. Dat
komt voor de mensen die jullie hebben gesproken helaas
te laat.”
Volgens de directie van het Pakhuis is er een ‘wezenlijke
verandering opgetreden’ dankzij de nieuwe gedragscode
(zie kader). Deze krant sprak meerdere oud-werknemers
die in 2022 pas vertrokken en anders beweren.
Sommige oud-medewerkers houden nog lang last van hun
ervaringen bij het Pakhuis. Twee oud-collega’s vertellen
hoe ze schrokken toen ze hun voormalige baas op straat
zagen. Een van hen: ,,Ik raakte direct gespannen. Mijn
partner vroeg: wat was dat?”
Iemand die alweer een jaar een andere baan heeft, vertelt:
,,Ik moet wennen aan hoe je je kan gedragen in een veilig
en normaal bedrijf.” Een ander: ,,Ik heb een jaar moeten
bijkomen van mijn tijd daar. Ik ben nu pas weer voorzichtig
begonnen met echt te werken."