CDA’ers maken elkaar het leven zuur
Volgende week houdt het CDA zijn partijcongres in aanloop naar de verkiezingen van maart volgend jaar. Hugo de Jonge moet de kar trekken, maar ligt wekelijks onder vuur om zijn optreden als minister in coronatijd. Ook binnen zijn eigen CDA wordt hard over hem geoordeeld. Of hebben sommige christendemocraten nog andere motieven?
Als vertrekkend CDA-leider glunderde Sybrand Buma in het voorjaar van 2019. Niet alleen had hij een fraaie burgemeesterspost in Leeuwarden in de wacht gesleept, de partij zat volgens hem in een ’luxepositie’. Er waren namelijk meerdere kroonprinsen en ook een kroonprinses die hem konden opvolgen. Met ruime keus en een onderlinge collegiale omgang moesten veronderstelde kandidaten Wopke Hoekstra, Hugo de Jonge en Mona Keijzer er toch wel uitkomen.
Ruim anderhalf jaar later ziet de wereld er ineens heel anders uit. Buma’s opvolging is uitgelopen op een koningsdrama en het CDA staat op verlies. „We gaan op het ravijn af”, voorspelt een hooggeplaatste CDA’er. Volgens Kamerlid Martijn van Helvert gaat het ’stroef’. „Heel spannend”, zegt dijkgraaf Hein Pieper, de voormalig voorzitter van de machtige afdeling Overijssel, op de vraag of hij denkt of Hugo de Jonge de verkiezingsrace wel volhoudt. „Die spanning is er wel. Ik denk soms: jongen, wat heb je veel te verstouwen.”
Flamboyant
De Jonge weet veel het nieuws te halen, maar de aandacht die hij genereert is zelden positief. Alles wat mis gaat rond corona kleeft al snel aan de minister, die met zijn flamboyante schoenen en zonnebankgloed voor een deel van de achterban toch al even wennen is na zijn voorgangers Van Agt, Lubbers, Balkenende en Buma.
Zou het CDA de sterren van de hemel spelen in de peilingen, dan zou je er niemand over horen. Maar de partij staat op verlies. Voor het op de kaart zetten van het CDA lijkt De Jonge het te druk te hebben, wat de achterban nerveus maakt. Binnen het CDA zwelt kritiek aan die begint te lijken op het zagen aan de stoelpoten van de prille partijleider.
Zo viel het tijdens kabinetsberaden over de coronacrisis de afgelopen maanden op dat De Jonge diverse CDA’ers tegenover zich zag. Wopke Hoekstra, Mona Keijzer, Ank Bijleveld en zelfs Ferd Grapperhaus voelden zich niet content met de denkrichtingen van de voorman als een avondklok en een lockdown. Zij willen meer aandacht voor de economische effecten en vooral de effectiviteit van de maatregelen, terwijl De Jonge zijn ogen vooral op de zorgcijfers gericht heeft. Tot ergernis van betrokkenen werd sommigen van hen door de omgeving van De Jonge een gebrek aan loyaliteit richting de leider verweten.
Toch valt in het CDA te horen dat zijn coronakoers slechts deels de ergernis over De Jonge kan verklaren; het feit dat deze op straat ligt geeft ook aan dat de nieuwe leider gezag ontbeert na de nipt gewonnen lijsttrekkersverkiezing. Een prominent merkt op dat hij ’te weinig leiderschap toont om de verschillende kampen te verbinden’. Rond De Jonge valt juist te horen dat hij met Hoekstra, Omtzigt en Keijzer een mooi team heeft dat elkaar aanvult.
Weigering Hoekstra
In de partij klinkt minder optimisme. Om te beginnen is er nog veel frustratie over de weigering van Wopke Hoekstra om zich kandidaat te stellen. Onder prominente CDA’ers wordt gesproken over een ’ernstige’ fout van partijvoorzitter Rutger Ploum om een lijsttrekkersverkiezing te organiseren in de coronacrisis en in een campagnefilmpje in cabriolet bij het ministerie van Financiën te verschijnen, de indruk wekkend dat Hoekstra in de race zou zijn. Zo zouden valse verwachtingen bij de CDA-leden zijn gewekt, want de volgende dag bedankte Hoekstra voor de eer.
De kroonprins gold als droomkandidaat voor het CDA-leiderschap en als enige serieuze optie om zittend premier Rutte van zijn troon te stoten. Zijn populariteit is nog steeds groot. Een voormalig stemmenkanon van het CDA vat het als volgt samen: „Er is in het CDA een Hugo-kamp en een Pieter-kamp, maar twee derde is van het Wopke-kamp.”
Het geeft Hoekstra een onuitgesproken mandaat om zijn eigen plan te trekken, ook in kabinetsoverleggen. De minister geeft aan niet te willen terugblikken. „Vanzelfsprekend ben ik beschikbaar om er samen met De Jonge en anderen straks hard aan te trekken in de campagne.”
Omtzigt
Intussen is er nog iemand die aan de CDA-macht ruikt: Pieter Omtzigt. Het Kamerlid verloor de lijsttrekkersstrijd op het nippertje. Er ontstond zelfs een beeld dat de stembusgang niet helemaal eerlijk was. Niemand minder dan zijn eigen vrouw kreeg een bevestiging dat ze op Hugo de Jonge had gestemd in plaats van op haar echtgenoot.
Omtzigt verklaarde uiteindelijk akkoord te gaan met de uitslag, maar het zaadje van wantrouwen was geplant. Gefluisterd wordt dat hij na de verkiezingen het fractievoorzitterschap verwacht, maar rond de lijsttrekker klinkt dat De Jonge hem liever in het kabinet parkeert. De vraag is hoe gedwee Omtzigt zich zal opstellen op het moment dat de CDA-fuik te smal voor hem wordt.
En dan is er nog Mona Keijzer, de staatssecretaris uit Volendam en voormalig nummer twee. Haar gooi naar het leiderschap mislukte eveneens. Het is een publiek geheim dat De Jonge en Keijzer elkaar niet liggen. Boze tongen beweren dat een rancuneuze De Jonge haar helemaal niet op de lijst wilde, nadat ze haar achterban had opgeroepen om op Omtzigt te stemmen, iets wat rond De Jonge wordt ontkend.
App-groepjes
De sfeer in de partij is intussen ’apathisch’, klinkt het. Worden interviews van de leider in CDA-kringen doorgaans enthousiast in app-groepjes verspreid, geliket en geretweet, na een vraaggesprek met De Jonge in NRC vorige week bleef het nagenoeg stil. „Niks aan”, recenseert een actief en ervaren partijlid aan het Binnenhof dat maar moeilijk aan de nieuwe leider kan wennen. „Het wordt steeds stiller bij mijn partij. Alleen als we een zetel stijgen in een peiling, wordt het in app-groepjes rondgestuurd alsof we het WK gewonnen hebben.”
Een partijprominent uit de regio zegt onvrede in de achterban te merken en heeft de moed al opgegeven. „Met Hugo wordt het niks. Hij bedoelt het goed, maar met hem wordt het met het CDA deze verkiezingen niks.”
Senator Ria Oomen hekelt het anonieme gelek van CDA’ers van de afgelopen tijd. „Ik heb soms het idee dat partijgenoten via Haagse sores verdeeldheid proberen te zaaien. Nog niet iedereen is blij met de plek die men heeft op de lijst”, zegt ze. Wie bijvoorbeeld dan? „De nummer twee is niet heel blij met zijn plek. Pieter was graag nummer 1 geworden. Dat ettert bij hem toch een beetje na”, weet de senator.
Gesloten boek
Omtzigt zelf ontkent. De lijsttrekkersverkiezing is voor hem een gesloten boek. „Vanuit mijn nieuwe rol als running mate met Hugo de Jonge en vicefractievoorzitter ben ik volop bezig met belangrijke debatten, zoals over het toeslagenschandaal, pensioenen, de Brexit en de rechtsstaat in Nederland en Europa. Die nieuwe rol went goed, al is het er niet rustiger op geworden.”
Maar elders in de Tweede Kamerfractie ziet men hoe druk De Jonge het heeft met de coronacrisis en leeft men tussen hoop en vrees. „Als we het tij willen keren dan moeten we Wopke Hoekstra naar voren schuiven”, zegt een Kamerlid. „Je kunt niet én campagnevoeren én corona doen.” Collega Martijn van Helvert ziet ook wel dat het ’stroef’ gaat. Erg? Niet per se. „Het mag best stroef gaan. Dat deed het bij Lubbers ook in het begin.”
’Mission impossible’
Onder prominenten klinkt dat De Jonge met een ’mission impossible’ is opgezadeld en te vroeg op het schild is gehesen. Een oud-minister merkt op dat het het CDA na de ontzuiling aan een verhaal ontbreekt dat een achterban echt aan het CDA laat kleven. Met Hoekstra zou het CDA wellicht beter scoren, maar ook dan zou dit verhaal missen. „Het enige wat Hoekstra heeft, is uitstraling”, meent de CDA-prominent.
Oud-minister Marja van Bijsterveldt, voor wie De Jonge eerder politiek assistent was, zegt dat het niet anders kan dan dat hij als coronaminister in deze tijd kritiek krijgt.
Ze ziet ook dat het in de partij nog wat nasmeult na de tumultueuze leiderschapsverkiezing. „Zo’n verkiezing roept niet altijd het beste op in mensen, zullen we maar zeggen. Het gaat toch om macht. Maar Hugo heeft wel verantwoordelijkheid genomen.” Dat sentiment leeft volgens de oud-partijvoorzitter ook onder veel leden. „Ga er maar aan staan, hij doet het allemaal toch maar. En met veel energie en optimisme. Het nemen van verantwoordelijkheid wordt bij het CDA gelukkig nog altijd gewaardeerd.”
Grote vraag is of kiezers voldoende overtuigd raken door De Jonges verantwoordelijkheidsgevoel en het CDA weten te vinden bij de verkiezingen. Als dit tegenvalt en meerdere kroonprinsen en -prinsessen in de coulissen blijven loeren naar de troon, is een paleisrevolutie nimmer uitgesloten.
Hugo de Jonge wilde niet reageren.