Gert (58) mept inbreker met hockeystick z'n slaapkamer uit: ‘Ik sla je helemaal kapot!’
Midden in de nacht schrok hij wakker. Een inbreker. In z'n slaapkamer. Een dag later vertelt Gert van Lunteren in Harderwijk het bijzondere verhaal over hockeysticks en het wc-raampje. ,,Ik dacht niet na. Ik zat vol adrenaline.’’
Het is maandagavond kwart over negen als Van Lunteren (58) wat later dan normaal de computer afsluit in zijn kantoor, de lampen uitdoet en de deuren afsluit. Op zijn fiets rijdt hij de tweehonderd meter naar zijn huis aan de Stationslaan.
Thuis maakt hij wat eten klaar. ,,Ik neem het mee naar boven, naar de slaapkamer. Ik had beneden opgeruimd en de lichten uitgedaan. De boel was dicht, afgesloten.’’
Klassiek muziekje
In bed kijkt hij televisie. Net na middernacht zet hij op z'n telefoon een klassiek muziekje aan, om bij in slaap te vallen. Niets aan de hand.
Tot hij plotseling wakker schrikt. ,,Ik weet niet waardoor, maar ik denk dat m'n lichaam voelt dat er iets is. Ik kijk om me heen en opeens zie ik een persoon in m'n slaapkamer.’’
Machteloos
,,Dieper in je privé kan iemand niet komen’’, onderbreekt Van Lunteren zijn verhaal. ,,Hier ben je op z'n kwetsbaarst. In je slaap ben je machteloos.’’
Maar de slaap is weg. Hij is klaarwakker. ,,Mijn bril ligt op het nachtkastje en ik kan die persoon niet eens precies omschrijven, maar ik heb zoveel adrenaline in m'n lijf dat ik hard begin te schreeuwen. Ik ga dat niet herhalen, maar ik weet dat ik me groot moet maken en flink moet schelden om hem te laten schrikken.’’
,,Ik stap uit bed en pak een hockeystick.’’
Geen bang type
Eh, hockeystick? ,,Ja, eigenlijk wel grappig. Ik heb nooit aan hockey gedaan, maar ik heb al jarenlang twee hockeysticks in m'n slaapkamer. Voor als zoiets zich voordoet. Ik ben helemaal geen bang type. Gewoon pragmatisch.’’
,,Ik schreeuw ‘ik sla je helemaal kapot!’ Nou bleek hij later Franstalig te zijn, dus ik weet niet of hij het heeft verstaan, maar hij rent meteen weg. De trap af. Ik erachteraan.’’
Naar de wc
,,Beneden zie ik hem naar de wc gaan. Wat moet hij daar nou? Je hersenen verwachten dat hij door de deur naar buiten gaat. Maar dat kan helemaal niet. Die zit op slot en de sleutels leg ik altijd naast m'n bed. Dat ik er niet naar hoef te zoeken als er brand is.’’
,,Maar wat denk je dat hij doet? Hij stapt op de wc-pot en via het fonteintje kruipt hij door het wc-raampje. Dat had hij open geschoven. Nou, dat is niet groter dan een A-viertje. Je kan je het niet voorstellen, maar zo was hij ook naar binnen gekomen.’’
De inbreker had zich door het opengeschoven rechterraampje gewurmd. Buiten had hij een tas laten liggen. De inhoud ervan leidde tot zijn aanhouding.
,,Ik denk, ik moet 'm weg zien te krijgen, anders wordt het een gevecht van man tegen man en misschien heeft hij wel een mes bij zich.’’
Drie klappen
Van Lunteren weet wat hem te doen staat. Hij vertelt het met de schrik nog steeds in het lijf maar ook met een tevreden blik in de ogen. ,,Die vent wurmt zichzelf door dat raampje en zijn bovenlijf is al buiten. Dus ik pak die hockeystick stevig beet.
En ik geef 'm drie klappen tussen z'n benen. Dat heeft hij niet fijn gevonden.’’
Het werkt wel. Als de indringer helemaal buiten is en Van Lunteren weer ademhaalt ziet hij twee dingen; een telefoon die niet van hem is, en - 'niets van gemerkt’ - blóed. Aan z'n voet.
Aan schoonmaken is hij nog niet toegekomen en in de hal en de keuken zijn de bloedsporen nog te zien. ,,Hij had zich afgezet op het wasbakje en die was van de muur op de grond kapot gevallen. Ik stond met m'n blote voeten in de scherven. Het valt mee hoor, maar het bloedde wel flink ja.’’
Via de achtergelaten telefoon en een tas met inhoud onder het wc-raampje heeft de politie - ‘die was er echt in no time’ - inmiddels een verdachte aangehouden. Het gaat volgens een woordvoerder van de politie om een 31-jarige man uit Harderwijk.
De politie heeft via social media nog wel gevraagd of er mensen zijn die rond 01.15 uur in de nacht van maandag op zondag iets hebben gezien wat verband kan houden met de inbraak.
Het kan gebeuren
,,Zoiets wil je niet meemaken’’, zegt Van Lunteren terugkijkend. ,,Ik denk niet dat ik nu anders naar bed ga. Maar je ziet wel hoe het kan gebeuren, ook als je denkt dat het niet kan. Zo'n wc-raampje. Dat bedenk je toch niet.’’