Awet (29) uit Eritrea sleurde vrouw Zwolse bosjes in: ‘Als er niets verandert, krijgen we meer slachtoffers’
Awet Leul M. (29) sleurde afgelopen juni op klaarlichte dag een jonge vrouw de bosjes van Park De Wezenlanden in Zwolle in en probeerde haar te verkrachten, biechtte hij eerder al bij de rechter op. Vandaag staat hij voor de rechter. Eritrese mannen zijn in Nederland geregeld dader in gruwelijke zedenzaken. Hoe komt dat? ,,Vrijwel alle Eritreeërs die hier komen zijn getraumatiseerd en hebben psychische problemen. Als er niets verandert, krijgen we alleen maar meer slachtoffers.’’
Awet Leul M. werd bijna 30 jaar geleden geboren in Mrara, Eritrea, hemelsbreed meer dan 5000 kilometer van Zwolle. Hij kwam als vluchteling naar Nederland, kreeg hier een verblijfsstatus. In 2017 stak hij zijn eigen woning in Zwolle in brand en kreeg een maatregel opgelegd door de rechter: gedwongen een jaar in een psychiatrische kliniek. Hij belandde nadien in de daklozenopvang in Zwolle.
Willekeurige vrouw
Vorig jaar juni, midden in de coronapandemie, liep Awet ’s ochtends door Park de Wezenlanden. Hij sprak er een jonge vrouw aan en sleurde haar de bosjes in. Sloeg haar, ontkleedde haar, probeerde haar te verwurgen en verkrachten. Toevallige passanten hoorden geschreeuw van het slachtoffer, grepen in en sloegen alarm.
Awet werd ter plekke opgepakt en bekende. Zijn simpele verklaring, in een eerdere zitting in november: hij had behoefte aan seks, kon vanwege corona niet bij een prostituee terecht en greep daarom maar een willekeurige vrouw in het park.
De zedenzaak van Eritreeër Awet is niet uniek. In Kampen verkrachtte en mishandelde een getraumatiseerde Eritreeër in 2016 een meisje (17) en probeerde haar te verdrinken. In januari diende de zaak van de verminderd toerekeningsvatbare Huruy G., die een 68-jarige vrouw in Amsterdam verkrachtte en vermoordde. In Zwolle zijn in 2018 drie Eritrese minderjarige jongens voor verkrachting van een vrouw veroordeeld tot celstraffen en jeugddetentie. April vorig jaar verkrachtte een 21-jarige Eritreeër een willekeurige vrouw in Roermond op straat. In 2019 werd een 20-jarige Eritreeër veroordeeld voor verkrachting van een minderjarig meisje in Oisterwijk.
Wat is hier aan de hand? Zijn mannelijke Eritreeërs bovengemiddeld vaak dader bij seksuele delicten? Hoe gaat Nederland om met deze specifieke groep vluchtelingen? Worden ze voldoende geholpen met hun (psychische) problemen?
Harde cijfers over seksuele delicten door Eritreeërs in Nederland ontbreken. Uit CBS-cijfers blijkt dat in 2019 2,7 procent van de Eritreeërs verdacht werd van een misdrijf; voor Nederlanders lag dat op 0,6 procent. Om welke types misdrijven het daarbij gaat is onduidelijk.
Mensenrechten geschonden
Antwoorden op de andere vragen vergen enige kennis over Eritrea. Het straatarme land werd in 1993 onafhankelijk. President Isaias vestigde een totalitaire staat: er is maar één partij. Er is geen politieke, pers- of godsdienstvrijheid. Verkiezingen zijn er niet. Mensenrechten worden op grote schaal geschonden. Er is veel (seksueel) geweld tegen vrouwen, in het dagelijks leven en tijdens de verplichte dienstplicht. Mannen worden er lang niet altijd voor gestraft; vaak wordt een zaak door families onderling ‘opgelost’, met een huwelijk tussen dader en slachtoffer.
Veel Eritreeërs vluchtten afgelopen jaren via Soedan, Ethiopië en Libië naar Europa. Het is een maanden durende reis vol risico’s. De omstandigheden zijn erbarmelijk: zowel de tocht door woestijngebieden als het verblijf in landen als Soedan en Libië is link. Mensenhandelaren en smokkelaars buiten Eritrese vluchtelingen uit. Mishandeling, marteling en seksueel misbruik komen vaak voor. Sinds 2014 zijn er jaarlijks enkele duizenden Eritreeërs naar Nederland gekomen, velen van hen zijn jonge alleenstaande mannen. Een groot deel is getraumatiseerd.
Nederland telt inmiddels tussen de 20.000 en 25.000 mensen met een Eritrese achtergrond. Hun integratie, zo signaleerde het Sociaal Cultureel Planbureau in 2018 al, verloopt moeizaam. Het georganiseerde, bureaucratische, welvarende én in seksueel opzicht vooruitstrevende Nederland is voor hen een totaal onbekende, nieuwe wereld.
Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) biedt op maat gesneden gezondheidszorg aan asielzoekers, maar die houdt op zodra asielzoekers een verblijfsstatus krijgen; dan moeten ze het reguliere circuit in. Vluchtelingenwerk helpt nieuwe statushouders één tot twee jaar met het regelen van allerlei praktische zaken, daarna moeten ze in principe zelfredzaam zijn. En dan gaat het vaak mis.
De Eritrese nieuwkomers weten sociale wijkteams niet goed te vinden en kloppen - uit onbekendheid of schaamte - niet snel bij huisarts of geestelijke gezondheidszorg aan. Komen ze daar wel terecht, dan blijkt de taal vaak een onneembare barrière.
Alles opgegeven
Weini Woldu van het Expertisecentrum Transculturele Therapie is zelf van Eritrese komaf. Ze behandelt veel vluchtelingen met psychiatrische problemen en maakt zich grote zorgen. Woldu stelt dat de opvang en begeleiding van deze groep, zeker als het gaat om geestelijke gezondheid, ernstig tekortschiet. ,,Vrijwel alle Eritreeërs die via de Libië-route naar Europa komen zijn getraumatiseerd. Ze hebben alles opgegeven, zijn alles kwijt. En wat ze onderweg meemaken is verschrikkelijk: geweld, verkrachtingen, mishandelingen. Als slachtoffer of als getuige.’’
Nederland is een ingewikkeld land hè. Vaak zeggen ze dat ze dan terug willen naar het azc
Weini Woldu, Expertisecentrum Transculturele Therapie
Woldu stelt dat ze feitelijk aan hun lot worden overgelaten als ze in Nederland eenmaal uit het asielzoekerscentrum komen en de hulp van Vluchtelingenwerk erop zit. ,,Velen raken geïsoleerd, hebben geen contacten en weten totaal niet waar ze aan toe zijn. Vluchtelingenwerk helpt hen vooral met praktische zaken als huur betalen en een zorgverzekering, want zoiets simpels als elke maand huur betalen, is vaak al totaal nieuw voor ze. Dat kennen ze gewoon niet. Nederland is een ingewikkeld land hè. Vaak zeggen ze dat ze dan terug willen naar het azc. Want ze ervaren echt een cultuurshock. En op die momenten herbeleven ze vaak het trauma en gaan ze drinken om te vergeten. Praten over het gebeurde vinden ze moeilijk, er is veel schaamte. Ik heb klanten met hartverscheurende verhalen: er zit veel onverwerkte woede, verdriet, trauma.’’
Tolken cruciaal
De Johannes Wier Stichting zet zich in voor goede gezondheidszorg voor vluchtelingen en voert al ruim een jaar campagne voor terugkeer van de kosteloze inzet van tolken in de zorg. ,,Tolken zijn cruciaal voor het bieden van goede zorg en ondersteuning aan vluchtelingen’’, stelt Simone Goosen van de stichting. ,,Een tolk is de investering dubbel en dwars waard, kan echt een vorm van preventie zijn. Zeker voor deze bijzondere groep Eritreeërs. Hun vertrouwen in instanties is broos en hoe vaker de deur dichtgaat, hoe brozer het wordt. Dan krijg je een stapeling van factoren waardoor ze meer risico lopen in problemen te komen.’’
De stichting Lemat begeleidt sinds 2015 Eritrese statushouders in het inburgeringsproces. Directeur Milka Yemane beaamt het taalprobleem, maar ziet ook dat inburgering spaak loopt doordat vluchtelingen zelf bijvoorbeeld taalonderwijs moeten inkopen en met foute bedrijven in zee gaan of inburgeringscursussen deels digitaal moeten doen, terwijl ze nauwelijks een mail kunnen versturen. Yemane pleit net als Goosen voor maatwerk bij de inburgering. ,,Het mag wat cultuursensitiever, meer toegesneden op de behoefte van de doelgroep. Geef ze geen folders, maar een coach. Laat ze een deel in eigen taal en tempo doen.’’
Intensieve begeleiding nodig
Woldu: ,,Wat er moet gebeuren? Die vraag krijg ik vaak. Er moet geïnvesteerd worden in deze kwetsbare groep. Hun bagage is inmiddels wel bekend. Dus hoe kunnen we deze mensen hier dan zo loslaten? Ze hebben echt heel intensieve begeleiding nodig. Vluchtelingenwerk heeft de kennis voor psychische begeleiding niet, daar zou eigenlijk een aparte organisatie voor moeten komen die na het azc ook psychologisch screent en begeleidt.’’
,,Waarom dat niet gebeurt? Geldkwestie. Een politieke keuze. De zorg aan deze mensen is afgelopen jaar alleen maar achteruit gegaan door bezuinigingen. En als er niets gebeurt, wordt deze groep alleen maar groter: meer daklozen, meer incidenten, meer slachtoffers. Ook wij als samenleving zijn dan slachtoffer.’’
Verdachte Awet zit sinds juni vast, momenteel in de Zwolse gevangenis. Zijn zaak wordt dinsdag inhoudelijk behandeld, een uitgebreid psychologisch onderzoek zit in het dossier. Een causaal verband tussen de zaak van Awet en tekortschietende zorg is niet hard te maken. Ook zijn advocaat, P. Krauth wijst op tekortschietende zorg: ,,Ik doe al jaren vreemdelingenrecht, en word al jaren geconfronteerd met bezuinigingen bij de geestelijke gezondheidszorg.’’ Hoe dan ook: voor Awets slachtoffer komt de roep om maatwerk en intensieve begeleiding te laat.