En Servië zit nog altijd in het verdomhoekje. Soms omdat ze cyrillisch schrift gebruiken net als de Russen?
Plots wil de Europese Unie de Balkan er wél bij
De Europese Unie loopt zich warm voor de introductie van een nieuw soort EU-lidmaatschap: dat van aspirant-kandidaat. Landen die nog helemaal niet aan de eisen voor toetreding aan de Unie voldoen, zoals Oekraïne, kunnen zo wel alvast meepraten.
Het was een beetje gênant, vorige week. Charles Michel, de voorzitter van de Europese Raad, moest in Sarajevo toegeven dat hij nog nooit eerder in Bosnië en Herzegovina was geweest. Hij maakte er een ongemakkelijk grapje over, duidelijk ingestudeerd. “We vergeten nooit onze eerste keer.”
Maar in Sarajevo lachte niemand. Het was iets te pijnlijk.
Bosnië en Herzegovina (dat is één land) wil al sinds 2016 serieus lid van de EU worden. Brussel heeft nooit ook maar enige haast getoond met die aanvraag. Het duurde tot 2019 voor de Europese Raad zich daar een mening over had gevormd.
Die mening was niet bepaald uitnodigend. Het land had nog wat werk te verzetten, is de korte samenvatting. Voor onderhandelingen kunnen starten, moeten er ‘grondige hervormingen’ zijn doorgevoerd in zo’n beetje alles. Want het land kreeg voor aspecten als ‘de staat van de democratie’, ‘staatsfunctioneren’, ‘rechtsstaat’ en ‘mensenrechten’ allemaal onvoldoendes van Brussel, en dat betekent dat Bosnië en Herzegovina voorlopig niet de status van kandidaat-lid van de Europese Unie kon krijgen.
Sindsdien moddert Bosnië en Herzegovina (BiH) aan. Soms is er vooruitgang op één terrein, dan weer valt het terug op een ander. Met enige regelmaat valt er in Sarajevo een rapport uit Brussel op de mat waarin staat dat het nog altijd niet genoeg is.
Oneerlijk voor de westelijke Balkan
Het was dan ook niet bepaald verbazingwekkend dat het land een beetje gepikeerd was toen Oekraïne zo snel door het Europese raderwerk leek te spurten. Alleen al het eerste deel, waar BiH drie jaar over had gedaan – een mening horen van Brussel over zijn mogelijke kandidatuur – kan bij Oekraïne, en ook bij Moldavië, veel sneller. De Europese Commissie beloofde beide landen dat ze in juni uitsluitsel krijgen over de vraag of ze kandidaat-lid van de Europese Unie mogen worden. Dat is geen jaren, maar een paar maanden nadat ze vroegen of ze lid konden worden.
Dat is niet helemaal eerlijk. Dat zei in ieder geval de Nederlandse premier, Mark Rutte. Die vertelde een ruime week geleden aan de Tweede Kamer dat het ‘oneerlijk’ zou zijn tegenover de landen in de westelijke Balkan, die al heel lang wachten op toetreding tot de Unie, als Oekraïne versneld lid zou worden.
In Bosnië vinden ze dat des te meer. “Als Oekraïne kandidaat-EU-lid wordt, dan moet de EU tegelijk die status aan BiH geven”, schreef de Bosnische Kroaat Zeljko Komsic namens de regering aan Brussel. Het is, zeggen ze daar, niet alleen een symbolisch gebaar van vriendschap als Oekraïne EU-kandidaat wordt, dat geldt net zo goed voor hen. “BiH heeft nu meer dan ooit een duidelijk signaal nodig dat de westelijke Balkan deel uitmaakt van Europa, nu een groot land zijn militair potentieel gebruikt om een buurland te bezetten”, schreef Komsic.